Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. resect:


Engels

Uitgebreide vertaling voor resect (Engels) in het Nederlands

resect:

to resect werkwoord (resects, resected, resecting)

  1. to resect (carve out; excise; cut out; cut away)
    uithouwen; uitkappen; uithakken
    • uithouwen werkwoord (houw uit, houwt uit, houwde uit, houwden uit, uitgehouwen)
    • uitkappen werkwoord (kap uit, kapt uit, kapte uit, kapten uit, uitgekapt)
    • uithakken werkwoord (hak uit, hakt uit, hakte uit, hakten uit, uitgehakt)

Conjugations for resect:

present
  1. resect
  2. resect
  3. resects
  4. resect
  5. resect
  6. resect
simple past
  1. resected
  2. resected
  3. resected
  4. resected
  5. resected
  6. resected
present perfect
  1. have resected
  2. have resected
  3. has resected
  4. have resected
  5. have resected
  6. have resected
past continuous
  1. was resecting
  2. were resecting
  3. was resecting
  4. were resecting
  5. were resecting
  6. were resecting
future
  1. shall resect
  2. will resect
  3. will resect
  4. shall resect
  5. will resect
  6. will resect
continuous present
  1. am resecting
  2. are resecting
  3. is resecting
  4. are resecting
  5. are resecting
  6. are resecting
subjunctive
  1. be resected
  2. be resected
  3. be resected
  4. be resected
  5. be resected
  6. be resected
diverse
  1. resect!
  2. let's resect!
  3. resected
  4. resecting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor resect:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uithakken carve out; cut away; cut out; excise; resect
uithouwen carve out; cut away; cut out; excise; resect
uitkappen carve out; cut away; cut out; excise; resect
- eviscerate

Synoniemen voor "resect":


Verwante definities voor "resect":

  1. surgically remove a part of a structure or an organ1