Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. prophecy:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor prophecy (Engels) in het Nederlands

prophecy:

prophecy [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the prophecy
    de profetie
    • profetie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor prophecy:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
profetie prophecy
- divination; prognostication; vaticination
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- predict; prediction; soothsaying

Verwante woorden van "prophecy":

  • prophecies

Synoniemen voor "prophecy":

  • prognostication; vaticination; prediction; anticipation; prevision
  • divination; foretelling; forecasting; prognostication

Verwante definities voor "prophecy":

  1. knowledge of the future (usually said to be obtained from a divine source)1
  2. a prediction uttered under divine inspiration1

Wiktionary: prophecy

prophecy
noun
  1. prediction

Computer vertaling door derden: