Engels

Uitgebreide vertaling voor portray (Engels) in het Nederlands

portray:

to portray werkwoord (portrays, portrayed, portraying)

  1. to portray (personify; represent; interpret; impersonate)
    verpersonificeren; uitbeelden; verbeelden; vertolken
    • verpersonificeren werkwoord
    • uitbeelden werkwoord (beeld uit, beeldt uit, beeldde uit, beeldden uit, uitgebeeld)
    • verbeelden werkwoord (verbeeld, verbeeldt, verbeeldde, verbeeldden, verbeeld)
    • vertolken werkwoord (vertolk, vertolkt, vertolkte, vertolkten, vertolkt)
  2. to portray (draw; depict; paint; sketch)
    tekenen; afbeelden; schilderen; portretteren
    • tekenen werkwoord (teken, tekent, tekende, tekenden, getekend)
    • afbeelden werkwoord (beeld af, beeldt af, beeldde af, beeldden af, afgebeeld)
    • schilderen werkwoord (schilder, schildert, schilderde, schilderden, geschilderd)
    • portretteren werkwoord
  3. to portray (depict; paint; picture; describe)
    afschilderen; doen lijken
    • afschilderen werkwoord (schilder af, schildert af, schilderde af, schilderden af, afgeschilderd)
    • doen lijken werkwoord
  4. to portray
    uitschilderen
    • uitschilderen werkwoord (schilder uit, schildert uit, schilderde uit, schilderden uit, uitgeschilderd)

Conjugations for portray:

present
  1. portray
  2. portray
  3. portrays
  4. portray
  5. portray
  6. portray
simple past
  1. portrayed
  2. portrayed
  3. portrayed
  4. portrayed
  5. portrayed
  6. portrayed
present perfect
  1. have portrayed
  2. have portrayed
  3. has portrayed
  4. have portrayed
  5. have portrayed
  6. have portrayed
past continuous
  1. was portraying
  2. were portraying
  3. was portraying
  4. were portraying
  5. were portraying
  6. were portraying
future
  1. shall portray
  2. will portray
  3. will portray
  4. shall portray
  5. will portray
  6. will portray
continuous present
  1. am portraying
  2. are portraying
  3. is portraying
  4. are portraying
  5. are portraying
  6. are portraying
subjunctive
  1. be portrayed
  2. be portrayed
  3. be portrayed
  4. be portrayed
  5. be portrayed
  6. be portrayed
diverse
  1. portray!
  2. let's portray!
  3. portrayed
  4. portraying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor portray:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afbeelden image; painting; picture; portrait; portraying
afschilderen painting; portraying
schilderen painting
uitschilderen portraying
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afbeelden depict; draw; paint; portray; sketch
afschilderen depict; describe; paint; picture; portray describe; outline; sketch
doen lijken depict; describe; paint; picture; portray
portretteren depict; draw; paint; portray; sketch
schilderen depict; draw; paint; portray; sketch dye; paint
tekenen depict; draw; paint; portray; sketch characterise; characterize; delineate; draw; mark; sign; typify
uitbeelden impersonate; interpret; personify; portray; represent
uitschilderen portray
verbeelden impersonate; interpret; personify; portray; represent
verpersonificeren impersonate; interpret; personify; portray; represent
vertolken impersonate; interpret; personify; portray; represent express; express oneself; give expression to; impersonate; interpret; render; reveal oneself; speak; talk; transcribe; translate; utter; ventilate
- depict; impersonate; limn; present

Verwante woorden van "portray":


Synoniemen voor "portray":


Verwante definities voor "portray":

  1. portray in words1
    • The book portrays the actor as a selfish person1
  2. make a portrait of1
    • Goya wanted to portray his mistress, the Duchess of Alba1
  3. represent abstractly, for example in a painting, drawing, or sculpture1
    • The father is portrayed as a good-looking man in this painting1
  4. assume or act the character of1
    • The actor portrays an elderly, lonely man1

Wiktionary: portray


Cross Translation:
FromToVia
portray afbeelden abbilden — (transitiv) etwas visuell darstellen oder zeigen, etwa auf einem Foto oder in einer Zeichnung
portray portretteren porträtieren(im übertragenen Sinne) Literatur; Journalismus, Berichterstattung: eine Charakterstudie oder Milieustudie ausarbeiten, anfertigen
portray tekenen; merken zeichnen — (transitiv) eine bildliche Darstellung mittels Stift, Kohle, Kreide und Ähnlichem oder mittels stiftbasierter Eingabegeräte (Touchpens), virtuellem Stift beziehungsweise Mausklick vornehmlich in Linien und Strichen von etwas oder jemandem (künstlerisch) anfertigen, welche sich letztlich
portray afschilderen; schilderen; uitbeelden; uitschilderen zeichnen(transitiv); im übertragenen Sinne: schildern; (in literarischen Darbietungen und Texten) Figuren, Charaktere mittels Zeichen, Sprachstil, Gesten, in Haltung und Miene interagierend handeln lassen