Engels

Uitgebreide vertaling voor obeying (Engels) in het Nederlands

obeying:

obeying [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the obeying (carrying out; accepting)
    gevolg geven aan; het gevolg; het gehoor

Vertaal Matrix voor obeying:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gehoor accepting; carrying out; obeying audience; public; spectators
gevolg accepting; carrying out; obeying bringing about; consequence; court; court circle; court dignitaries; effect; fruit; outcome; result; royal household
gevolg geven aan accepting; carrying out; obeying
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gevolg geven aan obey

Verwante woorden van "obeying":


obey:

to obey werkwoord (obeys, obeyed, obeying)

  1. to obey (comply; heed; listen)
    gehoorzamen; luisteren
    • gehoorzamen werkwoord (gehoorzaam, gehoorzaamt, gehoorzaamde, gehoorzaamden, gehoorzaamd)
    • luisteren werkwoord (luister, luistert, luisterde, luisterden, geluisterd)
  2. to obey (keep to it; stick to; respect; keep promise)
    houden aan; eerbiedigen
    • houden aan werkwoord
    • eerbiedigen werkwoord (eerbiedig, eerbiedigt, eerbiedigde, eerbiedigden, eerbiedigd)
  3. to obey
    gehoorzamen; gevolg geven aan
    • gehoorzamen werkwoord (gehoorzaam, gehoorzaamt, gehoorzaamde, gehoorzaamden, gehoorzaamd)
    • gevolg geven aan werkwoord (geef gevolg aan, geeft gevolg aan, gaf gevolg aan, gaven gevolg aan, gevolg gegeven aan)

Conjugations for obey:

present
  1. obey
  2. obey
  3. obeys
  4. obey
  5. obey
  6. obey
simple past
  1. obeyed
  2. obeyed
  3. obeyed
  4. obeyed
  5. obeyed
  6. obeyed
present perfect
  1. have obeyed
  2. have obeyed
  3. has obeyed
  4. have obeyed
  5. have obeyed
  6. have obeyed
past continuous
  1. was obeying
  2. were obeying
  3. was obeying
  4. were obeying
  5. were obeying
  6. were obeying
future
  1. shall obey
  2. will obey
  3. will obey
  4. shall obey
  5. will obey
  6. will obey
continuous present
  1. am obeying
  2. are obeying
  3. is obeying
  4. are obeying
  5. are obeying
  6. are obeying
subjunctive
  1. be obeyed
  2. be obeyed
  3. be obeyed
  4. be obeyed
  5. be obeyed
  6. be obeyed
diverse
  1. obey!
  2. let's obey!
  3. obeyed
  4. obeying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor obey:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eerbiedigen adoration; deference; regard; respect; reverence; veneration; worship
gevolg geven aan accepting; carrying out; obeying
luisteren hearing; listening; turbulence speed
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eerbiedigen keep promise; keep to it; obey; respect; stick to esteem; esteem highly; have a high regard for; hold in great esteem; praise; respect; value highly
gehoorzamen comply; heed; listen; obey
gevolg geven aan obey
houden aan keep promise; keep to it; obey; respect; stick to
luisteren comply; heed; listen; obey hear; hear out; listen; listen to
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- accept; act up to; comply with; observe; pay attention; respond

Verwante woorden van "obey":


Synoniemen voor "obey":


Antoniemen van "obey":

  • disobey

Verwante definities voor "obey":

  1. be obedient to1

Wiktionary: obey

obey
verb
  1. to do as ordered by
obey
verb
  1. gevolg geven aan een opdracht of bevel
  2. uitvoeren wat een ander aangeraden of bevolen heeft

Cross Translation:
FromToVia
obey gehoorzamen gehorchen — einer Anweisung Folge leisten; einen Befehl ausführen
obey gadeslaan; observeren; toekijken; toezien; waarnemen observer — Traductions à trier suivant le sens
obey gehoorzamen obéir — Se soumettre à une demande, une règle ou une obligation d’une personne ; exécuter un ordre donné.