Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal notification

Vertaal notification van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. notification:
  2. notify:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor notification (Engels) in het Nederlands

notification:

notification [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the notification (announcement; statement)
    de toelichting; het statement; de mededeling; de verklaring; de declaratie; de bevestiging; de aangifte; de bewering; de opheldering; de uitlegging
  2. the notification (information; notice; announcement)
    de informatie; de kennisgeving; de convocatie; de mededeling; de verwittiging
  3. the notification (announcement; subpoena; summons)
    de kennisgeving; de aanschrijving; de aanzegging
  4. the notification (announcement; making known)
    informeren; aankondigen; de kennisgeving; kennisgeven; aanzeggen; konde doen
  5. the notification (summons; subpoena; warrant)
    deurwaardersexploot; de sommatie; de kennisgeving; de aanschrijving
  6. the notification
    – A message or announcement sent to the user or administrator of a system. The recipient may be a human or an automated notification manager. 1
    de melding
    • melding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  7. the notification
    – Information displayed to a user about someone else adding him or her to a contact list, a contact's offline or online status, a missed conversation, voice mail message, service problem, or other item. 1
    de melding
    • melding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor notification:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aangifte announcement; notification; statement declaration
aankondigen announcement; making known; notification announcing; giving notice of; proclaiming
aanschrijving announcement; notification; subpoena; summons; warrant
aanzeggen announcement; making known; notification giving notice of; notifying
aanzegging announcement; notification; subpoena; summons
bevestiging announcement; notification; statement ACK; acknowledgement; affirmation; attachment; authorisation; authorization; confirmation; fastening; fixing; installation; placement; positioning; securing; that wich fastens things; tieing up
bewering announcement; notification; statement assertion; attitude; position; stand; statement
convocatie announcement; information; notice; notification announcement; call; convocation; notice; proclamation; summons
declaratie announcement; notification; statement bill for expenses; declaration; expense sheet; expenses claim
deurwaardersexploot notification; subpoena; summons; warrant
informatie announcement; information; notice; notification clarification; clearing; delegation of knowledge; enlightenment; explanation; information; information system
informeren announcement; making known; notification information; informing
kennisgeven announcement; making known; notification
kennisgeving announcement; information; making known; notice; notification; subpoena; summons; warrant announcement; declaration; notice; proclamation; publication
konde doen announcement; making known; notification
mededeling announcement; information; notice; notification; statement announcement; declaration; message; notice; piece of news; proclamation; publication; report; statement
melding notification alert; announcement; declaration; message; piece of news; proclamation; publication; report; statement
opheldering announcement; notification; statement clarification; clearing; communication; elucidation; enlightenment; explaining; explanation; information; notice
sommatie notification; subpoena; summons; warrant
statement announcement; notification; statement
toelichting announcement; notification; statement annex; appendix; clarification; clearing; commentary; communication; elucidation; enclosure; enlightenment; explaining; explanation; information; inset; notice; supplement
uitlegging announcement; notification; statement expansion
verklaring announcement; notification; statement charge; clarification; clearing; communication; declaration; elucidation; enlightenment; explaining; explanation; information; interpretation; notice; reading; report; statement; testimony; version
verwittiging announcement; information; notice; notification announcement; message; notice; piece of news; proclamation; report; statement
- apprisal; notice; presentment; telling
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aankondigen announce; proclaim
aanzeggen announce; give notice of
informeren announce; call attention to; indicate; inform; inquire about; instil; instill; make inquiries about; make known; notify; point out; report; send word; state; tell
konde doen announce; give notice of

Verwante woorden van "notification":


Synoniemen voor "notification":


Verwante definities voor "notification":

  1. an accusation of crime made by a grand jury on its own initiative2
  2. a request for payment2
    • the notification stated the grace period and the penalties for defaulting2
  3. informing by words2
  4. A message or announcement sent to the user or administrator of a system. The recipient may be a human or an automated notification manager.1
  5. Information displayed to a user about someone else adding him or her to a contact list, a contact's offline or online status, a missed conversation, voice mail message, service problem, or other item.1
  6. A type of event from a physical device with information that a business application can use for further processing. For example, a device provider notifies BizTalk RFID of tag-read events. A business application can use these tag-read notifications to look for out-of-stock inventory.1

Wiktionary: notification

notification
noun
  1. het aangeven, denunciatie
Cross Translation:
FromToVia
• notification → bekendmaking; bericht; kennisgeving; tijding; verwittiging; mare; informatie; inlichting; terechtwijzing ↔ renseignement — indice qui nous aider à connaître certaines choses ou qui nous éclairer sur une personne.

notify:

to notify werkwoord (notifies, notified, notifying)

  1. to notify (make known; inform; send word)
    informeren; op de hoogte brengen; verwittigen; waarschuwen; van iets in kennis stellen; tippen; inlichten
    • informeren werkwoord (informeer, informeert, informeerde, informeerden, geïnformeerd)
    • verwittigen werkwoord (verwittig, verwittigt, verwittigde, verwittigden, verwittigd)
    • waarschuwen werkwoord (waarschuw, waarschuwt, waarschuwde, waarschuwden, gewaarschuwd)
    • van iets in kennis stellen werkwoord (stel van iets in kennis, stelt van iets in kennis, stelde van iets in kennis, stelden van iets in kennis, van iets in kennis gesteld)
    • tippen werkwoord (tip, tipt, tipte, tipten, getipt)
    • inlichten werkwoord (licht in, lichtte in, lichtten in, ingelicht)

Conjugations for notify:

present
  1. notify
  2. notify
  3. notifies
  4. notify
  5. notify
  6. notify
simple past
  1. notified
  2. notified
  3. notified
  4. notified
  5. notified
  6. notified
present perfect
  1. have notified
  2. have notified
  3. has notified
  4. have notified
  5. have notified
  6. have notified
past continuous
  1. was notifying
  2. were notifying
  3. was notifying
  4. were notifying
  5. were notifying
  6. were notifying
future
  1. shall notify
  2. will notify
  3. will notify
  4. shall notify
  5. will notify
  6. will notify
continuous present
  1. am notifying
  2. are notifying
  3. is notifying
  4. are notifying
  5. are notifying
  6. are notifying
subjunctive
  1. be notified
  2. be notified
  3. be notified
  4. be notified
  5. be notified
  6. be notified
diverse
  1. notify!
  2. let's notify!
  5. notified
  6. notifying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor notify:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
informeren announcement; information; informing; making known; notification
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
informeren inform; make known; notify; send word announce; call attention to; indicate; inform; inquire about; instil; instill; make inquiries about; make known; point out; report; state; tell
inlichten inform; make known; notify; send word brief; explain; inform; instruct; learn; prepare; teach; train
op de hoogte brengen inform; make known; notify; send word
tippen inform; make known; notify; send word tick; tick off
van iets in kennis stellen inform; make known; notify; send word
verwittigen inform; make known; notify; send word
waarschuwen inform; make known; notify; send word admonish; alert; blame; castigate; decry; denounce; exhort; rebuke; reprimand; reprove; scarify; warn
- advise; apprise; apprize; give notice; send word
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- give notice of

Verwante woorden van "notify":


Synoniemen voor "notify":


Verwante definities voor "notify":

  1. inform (somebody) of something2

Wiktionary: notify

notify
verb
  1. (transitive) To give (someone) notice of (something)
Cross Translation:
FromToVia
• notify → berichten; informeren; inlichten; verwittigen; voorlichten ↔ informer — instruire de quelque chose ; faire savoir quelque chose.
• notify → berichten; informeren; inlichten; verwittigen; voorlichten ↔ renseigner — Donner des renseignements. (Sens général).

Verwante vertalingen van notification







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0475 seconde
Page rendered in 1.0 seconds