Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- nettled:
- nettle:
-
Wiktionary:
- nettle → op de heupen werken, irriteren, steken, branden, prikken
- nettle → irritant, netel, brandnetel
- nettle → brandnetel, netel
Engels
Uitgebreide vertaling voor nettled (Engels) in het Nederlands
nettled:
-
nettled (piqued; sore)
-
nettled (irritated; bad-tempered; pissed off; piqued; sore)
geïrriteerd; prikkelbaar; aangebrand; pissig; geprikkeld; geërgerd-
geïrriteerd bijvoeglijk naamwoord
-
prikkelbaar bijvoeglijk naamwoord
-
aangebrand bijvoeglijk naamwoord
-
pissig bijvoeglijk naamwoord
-
geprikkeld bijvoeglijk naamwoord
-
geërgerd bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor nettled:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aangebrand | bad-tempered; irritated; nettled; piqued; pissed off; sore | cross-grained; grim; gruff; grumpy; huffy; stern; sullen; surly; thin-skinned; touchy |
gepikeerd | nettled; piqued; sore | disgruntled; put out |
geprikkeld | bad-tempered; irritated; nettled; piqued; pissed off; sore | annoyed; bothered; disgruntled; irritated; put out |
geïrriteerd | bad-tempered; irritated; nettled; piqued; pissed off; sore | annoyed; bothered; irritated |
ontstemd | nettled; piqued; sore | disgruntled; put out |
pissig | bad-tempered; irritated; nettled; piqued; pissed off; sore | |
prikkelbaar | bad-tempered; irritated; nettled; piqued; pissed off; sore | irritable; sensitive; touchy |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
geërgerd | bad-tempered; irritated; nettled; piqued; pissed off; sore | annoyed; bothered; irritated |
Verwante woorden van "nettled":
Synoniemen voor "nettled":
nettle:
-
the nettle
-
the nettle
de brandnetel
Vertaal Matrix voor nettle:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aanzetten | encouraging; impelling; inciting; stimulation; turning on | |
brandnetel | nettle | |
netel | nettle | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
aanzetten | drive; goad; irritate; nettle; stimulate; whip up | activate; bait; connect; drive; encourage; excite; grind; incite; instigate; light; put on; sharpen; start; stimulate; stir up; strop; switch on; turn on; urge; whet |
opzwepen | drive; goad; irritate; nettle; stimulate; whip up | |
sterk prikkelen | drive; goad; irritate; nettle; stimulate; whip up | |
- | urticate |
Verwante woorden van "nettle":
Synoniemen voor "nettle":
Verwante definities voor "nettle":
Wiktionary: nettle
nettle
Cross Translation:
verb
nettle
-
to pique, irritate, vex or provoke someone
- nettle → op de heupen werken; irriteren; steken
-
of the nettle plant etc., to sting causing a rash
-
anything which causes such a rash
- nettle → irritant
-
stinging herb of genus Urtica
- nettle → netel; brandnetel
noun
-
3. een harige plant die bij aanraking een brandend gevoel en zwelling veroorzaakt
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• nettle | → brandnetel | ↔ Brennnessel — Botanik: eine Pflanze, bei der die Blätter und der Stängel mit Haaren besetzt sind, die bei Berührung eine auf der Haut brennende Flüssigkeit (Methansäure, ‚Ameisensäure‘) abgeben |
• nettle | → brandnetel; netel | ↔ ortie — (botanique) Désigne une plante aux feuilles pointues, très dentées et velues. |