Neediness in het Nederlands vertaald uit het Engels

Engels

Uitgebreide vertaling voor neediness (Engels) in het Nederlands

the neediness (need; destitution)
de behoeftigheid; de hulpbehoevendheid
- behoeftigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- hulpbehoevendheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
behoeftigheid	destitution; need; neediness	adversity; destitution; disaster; indigentness; necessity; need; of limited means; poorness
hulpbehoevendheid	destitution; need; neediness	helplessness; need
-	deprivation; privation; want

the quality of needing attention and affection and reassurance to a marked degree¹
- he recognized her neediness but had no time to respond to it¹
a state of extreme poverty¹

needy (poor; indigent; pennyless)
arm; pover; berooid; armetierig
- arm bijvoeglijk naamwoord
- pover bijvoeglijk naamwoord
- berooid bijvoeglijk naamwoord
- armetierig bijvoeglijk naamwoord
needy (destitute; poor; indigent; penniless)
arm; behoeftig; minvermogend; kommerlijk; armoedig; onvermogend; noodlijdend; armelijk
- arm bijvoeglijk naamwoord
- behoeftig bijvoeglijk naamwoord
- minvermogend bijvoeglijk naamwoord
- kommerlijk bijvoeglijk naamwoord
- armoedig bijvoeglijk naamwoord
- onvermogend bijvoeglijk naamwoord
- noodlijdend bijvoeglijk naamwoord
- armelijk bijvoeglijk naamwoord
needy (in need of help; requiring help)
hulpbehoevend
- hulpbehoevend bijvoeglijk naamwoord
needy (in need of help; requiring help)
steunzoekend; hulpvragend; hulpzoekend
- steunzoekend bijvoeglijk naamwoord
- hulpvragend bijvoeglijk naamwoord
- hulpzoekend bijvoeglijk naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
arm		arm; elbow-rest
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
arm	destitute; indigent; needy; penniless; pennyless; poor	inferior; poor
armelijk	destitute; indigent; needy; penniless; poor	shabby
armetierig	indigent; needy; pennyless; poor	languishing; lingering; sickly
armoedig	destitute; indigent; needy; penniless; poor	lousy; miserable; paltry; poor; poverty stricken; ragged; shabby; shady; unsightly
behoeftig	destitute; indigent; needy; penniless; poor
berooid	indigent; needy; pennyless; poor	destitute; down and out; flimsy; impoverished; lean; miserable; penniless; poor; shabby; thin
hulpbehoevend	in need of help; needy; requiring help
hulpzoekend	in need of help; needy; requiring help
kommerlijk	destitute; indigent; needy; penniless; poor	concerned about; troubled; worried
minvermogend	destitute; indigent; needy; penniless; poor
noodlijdend	destitute; indigent; needy; penniless; poor
onvermogend	destitute; indigent; needy; penniless; poor	impecunious; poor; without means
pover	indigent; needy; pennyless; poor	come off badly; flimsy; lean; lousy; miserable; paltry; poor; poverty stricken; ragged; shabby; shady; thin; unsightly; worst
-	destitute; impoverished; indigent; necessitous; poverty-stricken
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hulpvragend	in need of help; needy; requiring help
steunzoekend	in need of help; needy; requiring help

demanding or needing attention, affection, or reassurance to an excessive degree¹
poor enough to need help from others¹
needy people collectively¹
- they try to help the needy¹

Cross Translation:

From	To	Via
• needy	→ pauper	↔ indigent — Personne dans l’indigence, très pauvre.
• needy	→ armlastig	↔ nécessiteux — Qui est dans l’indigence, dans le dénuement, qui est réduit à la nécessité.
• needy	→ leeg; ledig; onbezet; opengevallen; vacant; behoeftig; berooid; nooddruftig; hol; lens; loos	↔ vide — Qui ne contenir rien ; qui est totalement dépourvoir de.