Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- nationality:
-
Wiktionary:
- nationality → volk, nationaliteit, natie, volksaard, staatsburgerschap
Engels
Uitgebreide vertaling voor nationality (Engels) in het Nederlands
nationality:
-
the nationality
Vertaal Matrix voor nationality:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
nationaliteit | nationality |
Verwante woorden van "nationality":
Synoniemen voor "nationality":
Verwante definities voor "nationality":
Wiktionary: nationality
nationality
noun
nationality
-
people belonging to a nation or state
- nationality → volk; nationaliteit; natie
-
national character or identity
- nationality → volksaard; nationaliteit
-
membership of a nation or state
- nationality → staatsburgerschap; nationaliteit
noun
-
juridisch|nld Het bezit van het staatsburgerschap van een land of meer landen, officiële registratie in een staat;