Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. mango:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor mango (Engels) in het Nederlands

mango:

mango [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the mango
    de mango
    • mango [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor mango:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mango mango
- Mangifera indica; mango tree

Verwante woorden van "mango":

  • mangoes

Synoniemen voor "mango":

  • mango tree; Mangifera indica; fruit tree
  • edible fruit

Verwante definities voor "mango":

  1. large oval tropical fruit having smooth skin, juicy aromatic pulp, and a large hairy seed1
  2. large evergreen tropical tree cultivated for its large oval fruit1

Wiktionary: mango

mango
noun
  1. fruit of the mango tree; Mangifera indica fruit
  2. tropical fruit tree Mangifera indica

Cross Translation:
FromToVia
mango mango mangue — Fruit du manguier
mango mango manguier — botan|nocat=1 Grand arbre de la famille des Anacardiacées, à cime étaler, originaire d’Asie méridionale (Inde et Birmanie), que l’on cultiver dans les pays tropicaux, et dont les fruits, les mangues, verdâtres, jaunes, rouges ou noirs, sont [[savoureux