Local in het Nederlands vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

local:
- lokaal; plaatselijk; hier en daar; binnenlandse; nationale; inheemse; inlandse
- stamkroeg; stamcafé; inboorlinge
Wiktionary:
- local → lokale trein, lokaaltrein, stoptrein, stamcafé, stamkroeg, plaatselijke bewoner
- local → plaatselijk, lokaal
- local → alhier
- local → van die plaats, aldaar, inheems, aanstaand, eerstvolgend, komend, dichtbij

Engels

Uitgebreide vertaling voor local (Engels) in het Nederlands

local:

local bijvoeglijk naamwoord

local (here and there)
lokaal; plaatselijk; hier en daar
- lokaal bijvoeglijk naamwoord
- plaatselijk bijvoeglijk naamwoord
- hier en daar bijvoeglijk naamwoord
local (national; native)
binnenlandse; nationale
- binnenlandse bijvoeglijk naamwoord
- nationale bijvoeglijk naamwoord
local (native; indigenous; innate; aboriginal; natural; inborn)
inheemse; inlandse
- inheemse bijvoeglijk naamwoord
- inlandse bijvoeglijk naamwoord
local

– In information processing, an operation performed by the computer at hand rather than by a remote computer. ¹
lokaal
- lokaal bijvoeglijk naamwoord
local

– In communications, a device that can be accessed directly rather than by means of a communications line. ¹
lokaal
- lokaal bijvoeglijk naamwoord

local [the ~] zelfstandig naamwoord

the local (favourite pub; habitual haunt; hangout; favourite café)
de stamkroeg; het stamcafé
- stamkroeg [de ~] zelfstandig naamwoord
- stamcafé [het ~] zelfstandig naamwoord
the local (native; inlander)
inboorlinge
- inboorlinge [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor local:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
inboorlinge	inlander; local; native
lokaal		classroom
stamcafé	favourite café; favourite pub; habitual haunt; hangout; local
stamkroeg	favourite café; favourite pub; habitual haunt; hangout; local
-	local anaesthetic; local anesthetic; topical anaesthetic; topical anesthetic
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
lokaal	here and there; local
plaatselijk	here and there; local
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
binnenlandse	local; national; native
hier en daar	here and there; local
inheemse	aboriginal; inborn; indigenous; innate; local; native; natural
inlandse	aboriginal; inborn; indigenous; innate; local; native; natural
nationale	local; national; native

Verwante woorden van "local":

locals, locally

Synoniemen voor "local":

section
localized; localised; topical
public transport
local anesthetic; local anaesthetic; topical anesthetic; topical anaesthetic; anesthetic; anaesthetic; anesthetic agent; anaesthetic agent

Antoniemen van "local":

national; general; express

Verwante definities voor "local":

relating to or applicable to or concerned with the administration of a city or town or district rather than a larger area²
- local taxes²
- local authorities²
affecting only a restricted part or area of the body²
- local anesthesia²
of or belonging to or characteristic of a particular locality or neighborhood²
- local customs²
- local schools²
- the local citizens²
- a local point of view²
- local outbreaks of flu²
- a local bus line²
public transport consisting of a bus or train that stops at all stations or stops²
- the local seemed to take forever to get to New York²
anesthetic that numbs a particular area of the body²
In information processing, an operation performed by the computer at hand rather than by a remote computer.¹
In communications, a device that can be accessed directly rather than by means of a communications line.¹
In programming, a variable that is restricted in scope, that is, used in only one part (subprogram, procedure, or function) of a program.¹

Wiktionary: local

local

noun

a train that stops at all stations
- local → lokale trein; lokaaltrein; stoptrein
(qualifier) the nearest bar
- local → stamcafé; stamkroeg
a person who lives nearby
- local → plaatselijke bewoner

adjective

of a nearby location
- local → plaatselijk; lokaal

local

adverb

in deze plaats
- alhier → here; local

adjective

plaatselijk, van beperkte omvang
- lokaal → local
betrekking hebbend op een bepaalde plaats
- plaatselijk → local

Cross Translation:

From	To	Via
• local	→ van die plaats; aldaar	↔ dortig — an entfernter Stelle befindlich, vorhanden oder stattfindend
• local	→ inheems	↔ einheimisch — zu einer Region, einem Ort (im eigentlichen Sinne zu einem Heim, zu einer Heimat) gehörig, in dieser Region, diesem Ort geboren, zu Hause sein
• local	→ aanstaand; eerstvolgend; komend; dichtbij	↔ proche — Traductions à trier suivant le sens

Verwante vertalingen van local

Remove Ads

Vertaal local van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor local (Engels) in het Nederlands

local:

local bijvoeglijk naamwoord

local (here and there)

local (national; native)

local (native; indigenous; innate; aboriginal; natural; inborn)

local

local

local [the ~] zelfstandig naamwoord

the local (favourite pub; habitual haunt; hangout; favourite café)

the local (native; inlander)

Vertaal Matrix voor local:

Verwante woorden van "local":

Synoniemen voor "local":

Antoniemen van "local":

Verwante definities voor "local":

Wiktionary: local

Verwante vertalingen van local