Less in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

Engels

Uitgebreide vertaling voor less (Engels) in het Nederlands

less (fewer)
minder
- minder bijvoeglijk naamwoord
less (more restricted; fewer)
in mindere mate; beperkter
- in mindere mate bijvoeglijk naamwoord
- beperkter bijvoeglijk naamwoord
less (smaller; more restricted; shorter; fewer)
kleiner
- kleiner bijvoeglijk naamwoord

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
minder	fewer; less
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	to a lesser extent
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beperkter	fewer; less; more restricted
in mindere mate	fewer; less; more restricted
kleiner	fewer; less; more restricted; shorter; smaller

(comparative of `little' usually used with mass nouns) a quantifier meaning not as great in amount or degree¹
- of less importance¹
- less time to spend with the family¹
- a shower uses less water¹
- less than three years old¹
(nonstandard in some uses but often idiomatic with measure phrases) fewer¹
- less than three weeks¹
- no less than 50 people attended¹
- in 25 words or less¹
(usually preceded by `no') lower in quality¹
- no less than perfect¹
used to form the comparative of some adjectives and adverbs¹
- less interesting¹
- less expensive¹
- less quickly¹
comparative of little¹
- she walks less than she should¹
- he works less these days¹

less

comparative

adverb