Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. knobs:
  2. knob:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor knobs (Engels) in het Nederlands

knobs:

knobs [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the knobs (switches; buttons; handles)
    de knoppen; de schakelaars
  2. the knobs (buttons; buds; heads)
    knopjes
    • knopjes [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor knobs:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knopjes buds; buttons; heads; knobs
knoppen buttons; handles; knobs; switches sprigs; twigs
schakelaars buttons; handles; knobs; switches

Verwante woorden van "knobs":


knob:

knob [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the knob
    de knoest; de knobbel; de kwast
    • knoest [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • knobbel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kwast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the knob (bump; obstacle)
    de bobbel; de ongelijkheid; de oneffenheid; de hobbel

Vertaal Matrix voor knob:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bobbel bump; knob; obstacle bruise; bulging; curving; hump; lump; rounding; swelling; swollen spot
hobbel bump; knob; obstacle bulge; bump
knobbel knob ability; aptitude; capacity; gift; growth; hump; ingenuity; lump; natural ability; swelling; talent; tumor; tumour
knoest knob
kwast knob Johnny; buffoon; clown; coxcomb; dandy; fop; jack pudding; jackanapes; merry Andrew; prig; young gentleman
oneffenheid bump; knob; obstacle bumpiness; roughness; unevenness
ongelijkheid bump; knob; obstacle
- boss; node; pommel; thickening

Verwante woorden van "knob":


Synoniemen voor "knob":


Verwante definities voor "knob":

  1. a round handle1
  2. a circular rounded projection or protuberance1
  3. an ornament in the shape of a ball on the hilt of a sword or dagger1
  4. any thickened enlargement1

Wiktionary: knob


Cross Translation:
FromToVia
knob bult; opzwelling; bochel; knobbel; knoest; knol bosseenflure, tumeur sur une région osseuse, causer par un choc ou une contusion.
knob knobbel; knoest; knol enflure — État de ce qui est enflé (1)
knob knobbel; knoest; knol protubérance — didactique|fr éminence, saillie.