Engels

Uitgebreide vertaling voor inhaling (Engels) in het Nederlands

inhaling:

inhaling [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the inhaling (sniffing; sniffling)
    opsnuiven

Vertaal Matrix voor inhaling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opsnuiven inhaling; sniffing; sniffling
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opsnuiven inhale; sniff; sniff up; snort

inhale:

to inhale werkwoord (inhales, inhaled, inhaling)

  1. to inhale (breathe; draw breath)
    ademen; ademhalen; inademen
    • ademen werkwoord (adem, ademt, ademde, ademden, geademd)
    • ademhalen werkwoord (haal adem, haalt adem, haalde adem, haalden adem, ademgehaald)
    • inademen werkwoord (adem in, ademt in, ademde in, ademden in, ingeademd)
  2. to inhale (breathe in)
    inademen; inhaleren
    • inademen werkwoord (adem in, ademt in, ademde in, ademden in, ingeademd)
    • inhaleren werkwoord (inhaleer, inhaleert, inhaleerde, inhaleerden, geïnhaleerd)
  3. to inhale (sniff up; snort; sniff)
    opsnuiven; een snuif nemen; snuiven; insnuiven
    • opsnuiven werkwoord (snuif op, snuift op, snoof op, snoven op, opgesnoven)
    • een snuif nemen werkwoord
    • snuiven werkwoord (snuif, snuift, snoof, snoven, gesnoven)
    • insnuiven werkwoord (snuif in, snuift in, snoof in, snoven in, ingesnoven)
  4. to inhale (smoke over the lungs)
    inhaleren; over de longen roken

Conjugations for inhale:

present
  1. inhale
  2. inhale
  3. inhales
  4. inhale
  5. inhale
  6. inhale
simple past
  1. inhaled
  2. inhaled
  3. inhaled
  4. inhaled
  5. inhaled
  6. inhaled
present perfect
  1. have inhaled
  2. have inhaled
  3. has inhaled
  4. have inhaled
  5. have inhaled
  6. have inhaled
past continuous
  1. was inhaling
  2. were inhaling
  3. was inhaling
  4. were inhaling
  5. were inhaling
  6. were inhaling
future
  1. shall inhale
  2. will inhale
  3. will inhale
  4. shall inhale
  5. will inhale
  6. will inhale
continuous present
  1. am inhaling
  2. are inhaling
  3. is inhaling
  4. are inhaling
  5. are inhaling
  6. are inhaling
subjunctive
  1. be inhaled
  2. be inhaled
  3. be inhaled
  4. be inhaled
  5. be inhaled
  6. be inhaled
diverse
  1. inhale!
  2. let's inhale!
  3. inhaled
  4. inhaling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor inhale:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opsnuiven inhaling; sniffing; sniffling
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ademen breathe; draw breath; inhale
ademhalen breathe; draw breath; inhale
een snuif nemen inhale; sniff; sniff up; snort
inademen breathe; breathe in; draw breath; inhale
inhaleren breathe in; inhale; smoke over the lungs
insnuiven inhale; sniff; sniff up; snort
opsnuiven inhale; sniff; sniff up; snort
over de longen roken inhale; smoke over the lungs
snuiven inhale; sniff; sniff up; snort sniffle; snuffle
- breathe in; inspire

Synoniemen voor "inhale":


Antoniemen van "inhale":

  • exhale

Verwante definities voor "inhale":

  1. draw in (air)1
    • inhale the fresh mountain air1
  2. draw deep into the lungs in by breathing1
    • Clinton smoked marijuana but never inhaled1

Wiktionary: inhale

inhale
verb
  1. to draw air into the lungs
inhale
verb
  1. lucht uit de omgeving opnemen

Cross Translation:
FromToVia
inhale hunkeren; reikhalzen; verlangen; smachten; zuchten; zuchten naar; ambiëren; dingen naar; najagen; nastreven; streven naar; aspireren aspirer — Traductions à trier suivant le sens
inhale een wenk geven; influisteren; opperen; suggereren; bepraten; overhalen; overreden; te denken geven; bezielen; inboezemen; inspireren; inademen; ophalen; inblazen inspirerfaire pénétrer artificiellement de l’air dans les poumons.

Computer vertaling door derden: