Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. infertility:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor infertility (Engels) in het Nederlands

infertility:

infertility [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the infertility (fruitlessness; barrenness)
    de onvruchtbaarheid; vruchteloos; de onzinnigheid
  2. the infertility (fruitlessness)
    de vruchteloosheid

Vertaal Matrix voor infertility:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
onvruchtbaarheid barrenness; fruitlessness; infertility
onzinnigheid barrenness; fruitlessness; infertility absurdity; incongruity; paradox
vruchteloos barrenness; fruitlessness; infertility
vruchteloosheid fruitlessness; infertility
- sterility
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vruchteloos for nothing; fruitless; futile; in vain; to no avail; vainly

Verwante woorden van "infertility":


Synoniemen voor "infertility":

  • sterility; physiological state; physiological condition

Antoniemen van "infertility":


Verwante definities voor "infertility":

  1. the state of being unable to produce offspring; in a woman it is an inability to conceive; in a man it is an inability to impregnate1

Wiktionary: infertility

infertility
noun
  1. -