Hub in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

hub:
- naaf; aandachtspunt; kernpunt; hub
Wiktionary:
- hub → hub, knooppunt, draaischijf, centrum, naaf
- hub → naaf, draaipen, luns, spil, taats, tap

Engels

Uitgebreide vertaling voor hub (Engels) in het Nederlands

the hub
de naaf
- naaf [de ~] zelfstandig naamwoord
the hub (point of interest; accent; prime; central point; centre; center)
het aandachtspunt
- aandachtspunt [het ~] zelfstandig naamwoord
the hub (nucleus; pivot; nexus; central point; centre; center)
het kernpunt
- kernpunt [het ~] zelfstandig naamwoord
the hub

– A device used to connect computers on a network that sends information received from one computer to all other computers on the network. ¹
de hub
- hub [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aandachtspunt	accent; center; central point; centre; hub; point of interest; prime
hub	hub
kernpunt	center; central point; centre; hub; nexus; nucleus; pivot
naaf	hub

the central part of a car wheel (or fan or propeller etc) through which the shaft or axle passes²
a center of activity or interest or commerce or transportation; a focal point around which events revolve²
- the playground is the hub of parental supervision²
- the airport is the economic hub of the area²
A device used to connect computers on a network that sends information received from one computer to all other computers on the network.¹

hub

noun

hub

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• hub	→ naaf	↔ moyeu — mécanique\|fr milieu de la roue (la roue peut être située sur une voiture, un vélo, etc.) ; gros morceau de bois tourner ou de métal, où s’emboîter les rais, et dans le creux duquel entre l’essieu.
• hub	→ draaipen; luns; spil; taats; tap	↔ pivot — support de l’axe autour duquel un corps tourner.