Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. hopeful:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor hopeful (Engels) in het Nederlands

hopeful:

hopeful bijvoeglijk naamwoord

  1. hopeful (promising)
    veelbelovend; hoopvol; hoopgevend
  2. hopeful (optimistic)
    optimistisch
  3. hopeful (auspicious; favourable; favorable)
    veelbelovende; gunstige; voorspoedige

Vertaal Matrix voor hopeful:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- aspirant; aspirer; wannabe; wannabee
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoopgevend hopeful; promising
hoopvol hopeful; promising
optimistisch hopeful; optimistic
veelbelovend hopeful; promising
- bright; promising
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- confident; promising
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gunstige auspicious; favorable; favourable; hopeful
veelbelovende auspicious; favorable; favourable; hopeful
voorspoedige auspicious; favorable; favourable; hopeful

Verwante woorden van "hopeful":


Synoniemen voor "hopeful":


Antoniemen van "hopeful":


Verwante definities voor "hopeful":

  1. full or promise1
    • a hopeful new singer on Broadway1
  2. having or manifesting hope1
    • a line of people hopeful of obtaining tickets1
    • found a hopeful way of attacking the problem1
  3. an ambitious and aspiring young person1
    • two executive hopefuls joined the firm1

Wiktionary: hopeful

hopeful
adjective
  1. -