Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. homeless:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor homeless:
    • daklozen


Engels

Uitgebreide vertaling voor homeless (Engels) in het Nederlands

homeless:

homeless bijvoeglijk naamwoord

  1. homeless
    dakloos; onbehuisd
  2. homeless
    ontheemd

homeless [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the homeless (displaced persons)
    statenloze

Vertaal Matrix voor homeless:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
statenloze displaced persons; homeless
- homeless person
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dakloos homeless
onbehuisd homeless
ontheemd homeless
- dispossessed; roofless; stateless

Verwante woorden van "homeless":

  • homelessness

Synoniemen voor "homeless":


Verwante definities voor "homeless":

  1. physically or spiritually homeless or deprived of security1
  2. without nationality or citizenship1
  3. poor people who unfortunately do not have a home to live in1
    • the homeless became a problem in the large cities1
  4. someone unfortunate without housing1
    • a homeless was found murdered in Central Park1

Wiktionary: homeless

homeless
adjective
  1. lacking a permanent residence
homeless
noun
  1. iemand die op de straat leeft, zonder vaste verblijfplaats

Verwante vertalingen van homeless