Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. hip:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor hipness (Engels) in het Nederlands

hip:

hip [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the hip
    de heup
    • heup [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the hip (celebrity; popularity; fame; renown; glory)
    de populariteit; in de mode zijn

Vertaal Matrix voor hip:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
heup hip
in de mode zijn celebrity; fame; glory; hip; popularity; renown
populariteit celebrity; fame; glory; hip; popularity; renown
- articulatio coxae; coxa; hip joint; pelvic arch; pelvic girdle; pelvis; rose hip; rosehip
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- hep; hip to

Verwante woorden van "hip":

  • hipness, hips, hipper, hippest

Synoniemen voor "hip":


Verwante definities voor "hip":

  1. informed about the latest trends1
  2. either side of the body below the waist and above the thigh1
  3. the ball-and-socket joint between the head of the femur and the acetabulum1
  4. the structure of the vertebrate skeleton supporting the lower limbs in humans and the hind limbs or corresponding parts in other vertebrates1
  5. the fruit of a rose plant1
  6. (architecture) the exterior angle formed by the junction of a sloping side and a sloping end of a roof1

Wiktionary: hip

hip
noun
  1. the fruit of a rose
  2. joint
hip
noun
  1. anatomie|nld deel van beide zijkanten van het menselijk lichaam ter hoogte van het heupgewricht, waar het been met de romp verbonden is

Cross Translation:
FromToVia
hip rozebottel gratte-cul — (familier, fr) cynorhodon, fruit de l’églantier ou rosier sauvage.
hip heup hanche — Partie du corps humain dans laquelle le haut de la cuisse est emboîté.