Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
-
grant:
- toestaan; laten; permitteren; toelaten; duren; toestemmen; goedkeuren; gunnen; inwilligen; vergunnen; dulden; goedvinden; verlenen; toekennen; schenken; cadeau geven; cadeau doen; instemmen; akkoord gaan; ondervragen; uitvragen; verhoren; overhoren; uithoren
- studiebeurs; stipendium; beurs; studietoelage
-
Wiktionary:
- grant → verlenen, toegeven
- grant → verlenen, waarborgen, afstand doen van, opgeven, uitvallen, in de steek laten, laten varen, verlaten, toegeven, afstaan, wijken, zich onderwerpen, afleggen, prijsgeven, afstand doen, abdiceren, abdiqueren, aftreden, in overeenstemming brengen, rijmen, tot overeenstemming brengen, stemmen, vervullen, indienen, presenteren, vertonen, voorstellen, aanbieden, spelen, te koop aanbieden, offeren, opofferen, cadeau geven, schenken, achteruitlopen, terugdeinzen, teruggaan, achteruitgaan, terrein verliezen, teruglopen, verlopen, aanhouden, uitstellen, verdagen, verschuiven, ondersteuning, subsidie, toelage, stipendium
Engels
Uitgebreide vertaling voor grant (Engels) in het Nederlands
grant:
-
to grant (allow; concede; permit; submit to; admit; tolerate; authorize; authorise; give one's fiat to)
-
to grant (permit; authorize; authorise)
-
to grant (comply with; award; allow)
-
to grant (give a present; bestow; offer; give)
-
to grant (agree with; concede; allow; yield; permit; give in)
-
to grant (interrogate; interpellate; question; hear; subsidize; subsidise)
Conjugations for grant:
present
- grant
- grant
- grants
- grant
- grant
- grant
simple past
- granted
- granted
- granted
- granted
- granted
- granted
present perfect
- have granted
- have granted
- has granted
- have granted
- have granted
- have granted
past continuous
- was granting
- were granting
- was granting
- were granting
- were granting
- were granting
future
- shall grant
- will grant
- will grant
- shall grant
- will grant
- will grant
continuous present
- am granting
- are granting
- is granting
- are granting
- are granting
- are granting
subjunctive
- be granted
- be granted
- be granted
- be granted
- be granted
- be granted
diverse
- grant!
- let's grant!
- granted
- granting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
-
the grant (bursary; scholarship; study allowance)
Vertaal Matrix voor grant:
Verwante woorden van "grant":
Synoniemen voor "grant":
Antoniemen van "grant":
Verwante definities voor "grant":
Wiktionary: grant
grant
Cross Translation:
verb
grant
Cross Translation: