Engels

Uitgebreide vertaling voor give notice of (Engels) in het Nederlands

give notice of:

to give notice of werkwoord (gives notice of, gave notice of, giving notice of)

  1. to give notice of (announce)
    aanschrijven; kennis geven; konde doen; aanzeggen
    • aanschrijven werkwoord (schrijf aan, schrijft aan, schreef aan, schreven aan, aangeschreven)
    • kennis geven werkwoord (geef kennis, geeft kennis, gaf kennis, gaven kennis, kennis gegeven)
    • konde doen werkwoord (doe konde, doet konde, deed konde, deden konde, konde gedaan)
    • aanzeggen werkwoord (zeg aan, zegt aan, zei aan, zeiden aan, aangezegd)
  2. to give notice of (proclaim; call)
    ordonneren; decreteren; verordenen; verordineren; afkondigen
    • ordonneren werkwoord
    • decreteren werkwoord (decreteer, decreteert, decreteerde, decreteerden, gedecreteerd)
    • verordenen werkwoord (verorden, verordent, verordende, verordenden, verordend)
    • verordineren werkwoord (verordineer, verordineert, verordineerde, verordineerden, verordineerd)
    • afkondigen werkwoord (kondig af, kondigt af, kondigde af, kondigden af, afgekondigd)

Conjugations for give notice of:

present
  1. give notice of
  2. give notice of
  3. gives notice of
  4. give notice of
  5. give notice of
  6. give notice of
simple past
  1. gave notice of
  2. gave notice of
  3. gave notice of
  4. gave notice of
  5. gave notice of
  6. gave notice of
present perfect
  1. have given notive of
  2. have given notive of
  3. has given notive of
  4. have given notive of
  5. have given notive of
  6. have given notive of
past continuous
  1. was giving notice of
  2. were giving notice of
  3. was giving notice of
  4. were giving notice of
  5. were giving notice of
  6. were giving notice of
future
  1. shall give notice of
  2. will give notice of
  3. will give notice of
  4. shall give notice of
  5. will give notice of
  6. will give notice of
continuous present
  1. am giving notice of
  2. are giving notice of
  3. is giving notice of
  4. are giving notice of
  5. are giving notice of
  6. are giving notice of
subjunctive
  1. be given notive of
  2. be given notive of
  3. be given notive of
  4. be given notive of
  5. be given notive of
  6. be given notive of
diverse
  1. give notice of!
  2. let's give notice of!
  3. given notive of
  4. giving notice of
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor give notice of:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanschrijven giving notice of; notifying
aanzeggen announcement; giving notice of; making known; notification; notifying
konde doen announcement; making known; notification
verordenen declaring; decreeing; determine; dictating; ordering; prescribe; requiring
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanschrijven announce; give notice of
aanzeggen announce; give notice of
afkondigen call; give notice of; proclaim announce; declare; decree; divulge something; expound; make something public; ordain; order; proclaim; state; to declare; to decree; to ordain
decreteren call; give notice of; proclaim charge; command; commission; decree; dedicate; devote; dictate; exert power; force; ordain; order; rule; to declare; to decree; to ordain
kennis geven announce; give notice of
konde doen announce; give notice of
ordonneren call; give notice of; proclaim
verordenen call; give notice of; proclaim charge; command; commission; decree; dedicate; devote; dictate; exert power; force; order; rule
verordineren call; give notice of; proclaim
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- notify


Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van give notice of