Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. foresight:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor foresight (Engels) in het Nederlands

foresight:

foresight [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the foresight (providence; foreseeing)
    de vooruitziendheid

Vertaal Matrix voor foresight:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vooruitziendheid foreseeing; foresight; providence
- farsightedness; foresightedness; foresightfulness; prevision; prospicience
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- forethought; prudence

Synoniemen voor "foresight":

  • foresightedness; foresightfulness; providence
  • prevision; farsightedness; prospicience; knowing

Verwante definities voor "foresight":

  1. providence by virtue of planning prudently for the future1
  2. seeing ahead; knowing in advance; foreseeing1

Wiktionary: foresight

foresight
noun
  1. ability to foresee or prepare wisely for the future

Cross Translation:
FromToVia
foresight wijsheid; rede; verstand; gezond verstand sagesseprudence, circonspection, sentiment juste des choses.

Verwante vertalingen van foresight