Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. exhibitors:
  2. exhibitor:


Engels

Uitgebreide vertaling voor exhibitors (Engels) in het Nederlands

exhibitors:

exhibitors [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the exhibitors (exhibitioners)
    de exposanten; tentoonstellers

Vertaal Matrix voor exhibitors:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
exposanten exhibitioners; exhibitors
tentoonstellers exhibitioners; exhibitors

Verwante woorden van "exhibitors":


exhibitor:

exhibitor [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the exhibitor
    de exposant; exposante
  2. the exhibitor
    de inzender
    • inzender [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. the exhibitor
    tentoonsteller

Vertaal Matrix voor exhibitor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
exposant exhibitor
exposante exhibitor exhibitioner
inzender exhibitor
tentoonsteller exhibitor
- exhibitioner; shower

Verwante woorden van "exhibitor":


Synoniemen voor "exhibitor":


Verwante definities voor "exhibitor":

  1. someone who organizes an exhibit for others to see1