Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- exchangeable:
-
exchange:
- omruil; uitwisseling; ruil; omwisseling; omruiling; ruiltransactie; ruiling; beurs; aandelenbeurs; effectenbeurs; inruil; omwisselen; verwisseling; verruiling; ruilhandel; ruilverkeer; ruilen
- uitwisselen; ruilen; verruilen; omwisselen; wisselen; verwisselen; inwisselen; omruilen; inruilen; hernieuwen; renoveren; herstellen; vernieuwen; verbeteren
-
Wiktionary:
- exchange → ruilen, omruilen, wisselen, handelen, omwisselen
- exchange → beurs, uitwisseling, centrale, markt
- exchange → ruil, uitwisseling, verfanging, wisselen, ruilen, inruilen, inwisselen, uitwisselen, verruilen
Engels
Uitgebreide vertaling voor exchangeable (Engels) in het Nederlands
exchangeable:
-
exchangeable (interchangeable; convertible)
inwisselbaar; wisselbaar; inruilbaar; ruilbaar-
inwisselbaar bijvoeglijk naamwoord
-
wisselbaar bijvoeglijk naamwoord
-
inruilbaar bijvoeglijk naamwoord
-
ruilbaar bijvoeglijk naamwoord
-
-
exchangeable (interchangeable; convertible)
verwisselbaar-
verwisselbaar bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor exchangeable:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
inwisselbaar | convertible; exchangeable; interchangeable | interchangeable |
verwisselbaar | convertible; exchangeable; interchangeable | |
- | convertible; interchangeable; similar; standardised; standardized | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
inruilbaar | convertible; exchangeable; interchangeable | |
ruilbaar | convertible; exchangeable; interchangeable | |
wisselbaar | convertible; exchangeable; interchangeable |
Verwante woorden van "exchangeable":
Synoniemen voor "exchangeable":
Antoniemen van "exchangeable":
Verwante definities voor "exchangeable":
exchange:
-
the exchange (swap; trade-in; swop; barter; wheeling and dealing; bartering; change)
– put in the place of another; switch seemingly equivalent items 1 -
the exchange (stock exchange; market)
-
the exchange (bartering; trade-in; change; haggling; shady dealings)
-
the exchange (change; switch)
-
the exchange (barter)
-
the exchange (swapping; trading; interchanges)
-
to exchange (swop; trade; barter; change for; swap)
– put in the place of another; switch seemingly equivalent items 1 -
to exchange (switch; swop; interchange; change; trade; convert; change for; shunt; swap)
– put in the place of another; switch seemingly equivalent items 1 -
to exchange (swap; change; switch; barter; trade in)
-
to exchange (trade in)
-
to exchange (renovate; renew; redevelop; interchange; swap; resume; trade)
Conjugations for exchange:
present
- exchange
- exchange
- exchanges
- exchange
- exchange
- exchange
simple past
- exchanged
- exchanged
- exchanged
- exchanged
- exchanged
- exchanged
present perfect
- have exchanged
- have exchanged
- has exchanged
- have exchanged
- have exchanged
- have exchanged
past continuous
- was exchanging
- were exchanging
- was exchanging
- were exchanging
- were exchanging
- were exchanging
future
- shall exchange
- will exchange
- will exchange
- shall exchange
- will exchange
- will exchange
continuous present
- am exchanging
- are exchanging
- is exchanging
- are exchanging
- are exchanging
- are exchanging
subjunctive
- be exchanged
- be exchanged
- be exchanged
- be exchanged
- be exchanged
- be exchanged
diverse
- exchange!
- let's exchange!
- exchanged
- exchanging
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor exchange:
Verwante woorden van "exchange":
Synoniemen voor "exchange":
Verwante definities voor "exchange":
Wiktionary: exchange
exchange
Cross Translation:
verb
exchange
-
To replace with a similar item
-
To trade or barter
- exchange → handelen
-
place for conducting trading
- exchange → beurs
-
act of exchanging or trading
- exchange → uitwisseling
noun
-
centraal punt in een stervormig netwerk met de belangrijkste functies b.v. een telefooncentrale
-
geheel van omstandigheden waaronder hoeveelheden van producten of diensten verhandeld worden
-
het één ruilen voor het ander
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• exchange | → ruil; uitwisseling; verfanging | ↔ Austausch — Wechsel von Gegenständen, Personen oder Gedanken |
• exchange | → wisselen | ↔ austauschen — sich wechselseitig Gleichartiges geben |
• exchange | → uitwisseling | ↔ échange — Action d’échanger une chose contre une autre reçue en contrepartie, troc. |
• exchange | → ruilen; inruilen; wisselen; inwisselen; uitwisselen; verruilen | ↔ échanger — donner une chose contre une autre. |