Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal estimated

Vertaal estimated van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. estimated:
  2. estimate:
  3. Wiktionary:
  4. Gebruikers suggesties voor estimated:
    • geschatte

Engels

Uitgebreide vertaling voor estimated (Engels) in het Nederlands

estimated:

estimated bijvoeglijk naamwoord

  1. estimated
    geschat
  2. estimated (determined; rated; fixed)
    bepaald; een zekere

Vertaal Matrix voor estimated:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bepaald determined; estimated; fixed; rated fixed; piled; prescribed; specific; specified
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
een zekere determined; estimated; fixed; rated
geschat estimated

Verwante woorden van "estimated":


estimated vorm van estimate:

to estimate werkwoord (estimates, estimated, estimating)

  1. to estimate (assess; calculate)
    bepalen; inschatten; schatten; afwegen
    • bepalen werkwoord (bepaal, bepaalt, bepaalde, bepaalden, bepaalt)
    • inschatten werkwoord (schat in, schatte in, schatten in, ingeschat)
    • schatten werkwoord (schat, schatte, schatten, geschat)
    • afwegen werkwoord (weeg af, weegt af, woog af, wogen af, afgewogen)
  2. to estimate (calculate; compute; figure out)
    schatten; berekenen; ramen
    • schatten werkwoord (schat, schatte, schatten, geschat)
    • berekenen werkwoord (bereken, berekent, berekende, berekenden, berekend)
    • ramen werkwoord (raam, raamt, raamde, raamden, geraamd)
  3. to estimate (calculate)
    berekenen; begroten
    • berekenen werkwoord (bereken, berekent, berekende, berekenden, berekend)
    • begroten werkwoord (begroot, begrootte, begrootten, begroot)
  4. to estimate (calculate; compute; work out)
    schatten; ramen; begroten
    • schatten werkwoord (schat, schatte, schatten, geschat)
    • ramen werkwoord (raam, raamt, raamde, raamden, geraamd)
    • begroten werkwoord (begroot, begrootte, begrootten, begroot)
  5. to estimate (devise)
    schatten; beramen; ramen; taxeren
    • schatten werkwoord (schat, schatte, schatten, geschat)
    • beramen werkwoord (beraam, beraamt, beraamde, beraamden, beraamd)
    • ramen werkwoord (raam, raamt, raamde, raamden, geraamd)
    • taxeren werkwoord (taxeer, taxeert, taxeerde, taxeerden, getaxeerd)
  6. to estimate (conjecture; guess; suppose; )
    raden; gissen; gissing maken
    • raden werkwoord (raad, raadt, ried, rieden, geraden)
    • gissen werkwoord (gis, gist, giste, gisten, gegist)
    • gissing maken werkwoord

Conjugations for estimate:

present
  1. estimate
  2. estimate
  3. estimates
  4. estimate
  5. estimate
  6. estimate
simple past
  1. estimated
  2. estimated
  3. estimated
  4. estimated
  5. estimated
  6. estimated
present perfect
  1. have estimated
  2. have estimated
  3. has estimated
  4. have estimated
  5. have estimated
  6. have estimated
past continuous
  1. was estimating
  2. were estimating
  3. was estimating
  4. were estimating
  5. were estimating
  6. were estimating
future
  1. shall estimate
  2. will estimate
  3. will estimate
  4. shall estimate
  5. will estimate
  6. will estimate
continuous present
  1. am estimating
  2. are estimating
  3. is estimating
  4. are estimating
  5. are estimating
  6. are estimating
subjunctive
  1. be estimated
  2. be estimated
  3. be estimated
  4. be estimated
  5. be estimated
  6. be estimated
diverse
  1. estimate!
  2. let's estimate!
  5. estimated
  6. estimating
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

estimate [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the estimate (assessment; estimation; valuation; appraisal)
    de waardebepaling; de taxatie; de schatting; waardeschatting; de raming
  2. the estimate (estimation; assessment)
    de inschatting
  3. the estimate (calculation; estimation)
    de berekening; de calculatie; de becijfering
  4. the estimate (guess; estimation)
    de gissing
    • gissing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  5. the estimate (quote; quotation; price quote)
    – A formal offer for products or services, proposed at specific prices and related payment terms. 1
    de offerte; de prijsopgave

Vertaal Matrix voor estimate:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afwegen considering
becijfering calculation; estimate; estimation
bepalen declaring; decreeing; determine; dictating; ordering; prescribe; requiring
berekening calculation; estimate; estimation
calculatie calculation; estimate; estimation
gissing estimate; estimation; guess
inschatting assessment; estimate; estimation
offerte estimate; price quote; quotation; quote bid; offer; proposal; quotation
prijsopgave estimate; price quote; quotation; quote offer; quotation
raming appraisal; assessment; estimate; estimation; valuation
schatten darlings; loves; sweethearts
schatting appraisal; assessment; estimate; estimation; valuation
taxatie appraisal; assessment; estimate; estimation; valuation
waardebepaling appraisal; assessment; estimate; estimation; valuation
waardeschatting appraisal; assessment; estimate; estimation; valuation
- appraisal; approximation; estimation; idea
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afwegen assess; calculate; estimate consider; regard; think it over; think out; think over; weigh; weigh carefully; weigh out
begroten calculate; compute; estimate; work out
bepalen assess; calculate; estimate define; determine; establish; identify; outline
beramen devise; estimate devise; lay schemes; make plans; plan; plot
berekenen calculate; compute; estimate; figure out calculate; draw up; figure out; value
gissen conjecture; estimate; guess; presume; speculate; suppose; surmise
gissing maken conjecture; estimate; guess; presume; speculate; suppose; surmise
inschatten assess; calculate; estimate
raden conjecture; estimate; guess; presume; speculate; suppose; surmise advise; suggest
ramen calculate; compute; devise; estimate; figure out; work out
schatten assess; calculate; compute; devise; estimate; figure out; work out
taxeren devise; estimate evaluate; rate; tax
- approximate; calculate; count on; figure; forecast; gauge; guess; judge; reckon
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- approximation; calculation; criticism; evaluate; judgement; judging; judgment; mark-setting; review; rough calculation; rough estimate

Verwante woorden van "estimate":


Synoniemen voor "estimate":


Verwante definities voor "estimate":

  1. a judgment of the qualities of something or somebody2
    • many factors are involved in any estimate of human life2
    • in my estimation the boy is innocent2
  2. an approximate calculation of quantity or degree or worth2
    • an estimate of what it would cost2
  3. the respect with which a person is held2
    • they had a high estimation of his ability2
  4. a document appraising the value of something (as for insurance or taxation)2
  5. a statement indicating the likely cost of some job2
    • he got an estimate from the car repair shop2
  6. judge tentatively or form an estimate of (quantities or time)2
    • I estimate this chicken to weigh three pounds2
  7. judge to be probable2
  8. A formal offer for products or services, proposed at specific prices and related payment terms.1

Wiktionary: estimate

estimate
verb
  1. to calculate roughly
noun
  1. rough calculation or guess
estimate
verb
  1. inschatten, vaak middels berekening
  2. benaderen van een waarde
  3. (overgankelijk) schatten, de waarde bepalen.
Cross Translation:
FromToVia
• estimate → raming ↔ Schätzung — grobe ungefähre oder vorläufige Einstufung
• estimate → becijferen ↔ beziffern — (transitiv) etwas mit einem exakten oder geschätzten Zahlenwert bezeichnen
• estimate → rekenen ↔ rechnen — rechnen mit: stark vermuten, dass etwas geschehen wird; voraussehen
• estimate → ramen; begroten ↔ veranschlagen — den Wert einer Größe im Voraus abschätzen
• estimate → hechten aan; houden van; mogen; waarderen; begroten; schatten; taxeren; achten; achting hebben voor; achting toedragen; hoogachten ↔ apprécier — Estimer, évaluer (quelque chose), en fixer la valeur, le prix. (Sens général).
• estimate → doorzien; gissen; raden ↔ deviner — prédire ce qui doit arriver, découvrir, par des sortilèges, ce qui cacher.
• estimate → begroten; schatten; taxeren; waarderen ↔ taxer — (vieilli) régler, fixer le prix des denrées, des marchandises, de quelque autre chose que ce soit.
• estimate → begroten; schatten; taxeren; waarderen ↔ évaluer — estimer une chose quant à son prix, à sa valeur, à sa quantité, à sa durée.

User Translations:
Word Translation Votes
estimated geschatte 24

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van estimated







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.1123 seconde
Page rendered in 1.0 seconds