Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- encoder:
- encode:
-
Wiktionary:
- encoder → codeermachine
- encoder → codeermachine
- encode → coderen, vercijferen, versleutelen
Engels
Uitgebreide vertaling voor encoder (Engels) in het Nederlands
encoder:
-
the encoder
– In general, any hardware or software that encodes information: that is, converts the information to a particular form or format. For example, the Windows Media Encoder converts audio and video to a form that can be streamed to clients over a network. 1
Vertaal Matrix voor encoder:
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
coderingsprogramma | encoder |
Verwante definities voor "encoder":
Wiktionary: encoder
encoder
Cross Translation:
noun
-
een machine om een boodschap in geheimschrift te coderen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• encoder | → codeermachine | ↔ encodeur — angl|fr informatique|fr programme destiné à transcrire des données vers un format ou un protocole codé. |
encoder vorm van encode:
Conjugations for encode:
present
- encode
- encode
- encodes
- encode
- encode
- encode
simple past
- encoded
- encoded
- encoded
- encoded
- encoded
- encoded
present perfect
- have encoded
- have encoded
- has encoded
- have encoded
- have encoded
- have encoded
past continuous
- was encoding
- were encoding
- was encoding
- were encoding
- were encoding
- were encoding
future
- shall encode
- will encode
- will encode
- shall encode
- will encode
- will encode
continuous present
- am encoding
- are encoding
- is encoding
- are encoding
- are encoding
- are encoding
subjunctive
- be encoded
- be encoded
- be encoded
- be encoded
- be encoded
- be encoded
diverse
- encode!
- let's encode!
- encoded
- encoding
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor encode:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
coderen | cipher; code; cypher | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
coderen | code; encode | |
inprenten | encode; get through; impress; imprint; instil; instill | |
op het hart drukken | encode; get through; impress; imprint; instil; instill | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | encipher |
Verwante woorden van "encode":
Synoniemen voor "encode":
Antoniemen van "encode":
Verwante definities voor "encode":
Computer vertaling door derden: