Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- encircle:
-
Wiktionary:
- encircle → omsingelen, insluiten
- encircle → insluiten, omgeven, omringen
Engels
Uitgebreide vertaling voor encircle (Engels) in het Nederlands
encircle:
-
to encircle (circle)
-
to encircle (circle)
omheenrijden-
omheenrijden werkwoord (rijd er omheen, rijdt er omheen, reed er omheen, reden er omheen, er omheengereden)
-
Conjugations for encircle:
present
- encircle
- encircle
- encircles
- encircle
- encircle
- encircle
simple past
- encircled
- encircled
- encircled
- encircled
- encircled
- encircled
present perfect
- have encircled
- have encircled
- has encircled
- have encircled
- have encircled
- have encircled
past continuous
- was encircling
- were encircling
- was encircling
- were encircling
- were encircling
- were encircling
future
- shall encircle
- will encircle
- will encircle
- shall encircle
- will encircle
- will encircle
continuous present
- am encircling
- are encircling
- is encircling
- are encircling
- are encircling
- are encircling
subjunctive
- be encircled
- be encircled
- be encircled
- be encircled
- be encircled
- be encircled
diverse
- encircle!
- let's encircle!
- encircled
- encircling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor encircle:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
draaien om | circle; encircle | |
omcirkelen | circle; encircle | draw a circle around; surround |
omheenrijden | circle; encircle | |
- | circle; gird | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | surround |