Engels

Uitgebreide vertaling voor elect (Engels) in het Nederlands

elect:

to elect werkwoord (elects, elected, electing)

  1. to elect (recommend; nominate; suggest; )
    aanbevelen; voordragen; aanraden; iemand recommanderen; nomineren
    • aanbevelen werkwoord (beveel aan, beveelt aan, beval aan, bevolen aan, aanbevolen)
    • voordragen werkwoord (draag voor, draagt voor, droeg voor, droegen voor, voorgedragen)
    • aanraden werkwoord (raad aan, raadt aan, ried aan, rieden aan, aangeraden)
    • nomineren werkwoord (nomineer, nomineert, nomineerde, nomineerden, genomineerd)

Conjugations for elect:

present
  1. elect
  2. elect
  3. elects
  4. elect
  5. elect
  6. elect
simple past
  1. elected
  2. elected
  3. elected
  4. elected
  5. elected
  6. elected
present perfect
  1. have elected
  2. have elected
  3. has elected
  4. have elected
  5. have elected
  6. have elected
past continuous
  1. was electing
  2. were electing
  3. was electing
  4. were electing
  5. were electing
  6. were electing
future
  1. shall elect
  2. will elect
  3. will elect
  4. shall elect
  5. will elect
  6. will elect
continuous present
  1. am electing
  2. are electing
  3. is electing
  4. are electing
  5. are electing
  6. are electing
subjunctive
  1. be elected
  2. be elected
  3. be elected
  4. be elected
  5. be elected
  6. be elected
diverse
  1. elect!
  2. let's elect!
  3. elected
  4. electing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor elect:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- chosen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanbevelen advise; appoint; consider; elect; nominate; present; propose; recommend; suggest praise; recommend
aanraden advise; appoint; consider; elect; nominate; present; propose; recommend; suggest advise; recommend; suggest
iemand recommanderen advise; appoint; consider; elect; nominate; present; propose; recommend; suggest
nomineren advise; appoint; consider; elect; nominate; present; propose; recommend; suggest
voordragen advise; appoint; consider; elect; nominate; present; propose; recommend; suggest declaim; orate; recite
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- elite

Verwante woorden van "elect":


Synoniemen voor "elect":


Verwante definities voor "elect":

  1. elected but not yet installed in office1
    • the president elect1
  2. selected as the best1
    • an elect circle of artists1
  3. an exclusive group of people1
    • one of the elect who have power inside the government1
  4. choose1
    • I elected to have my funds deposited automatically1
  5. select by a vote for an office or membership1
    • We elected him chairman of the board1

Wiktionary: elect

elect
verb
  1. iemand door een stemming een ambt doen toekomen

Cross Translation:
FromToVia
elect aannemen; accepteren; ontvangen; als zoon aannemen; kiezen; uitkiezen; uitlezen; uitpikken; verkiezen; uitzoeken; adopteren; zich eigen maken adopterchoisir quelqu’un pour fils ou pour fille et lui en donner les droits civils en remplir certaines conditions prescrire par la loi.
elect kiezen; uitkiezen; uitlezen; uitpikken; verkiezen; uitzoeken choisir — Action de faire un choix ; prendre une personne ou une chose de préférence à une autre ou à plusieurs autres.
elect aanduiden; aangeven; een teken geven; merken; kenmerken; tekenen; laten zien; tentoonspreiden; tonen; vertonen; wijzen; uitwijzen; aanwijzen; uitduiden; kiezen; uitkiezen; uitlezen; uitpikken; verkiezen; uitzoeken désigner — Traduction à trier
elect kiezen; uitkiezen; uitlezen; uitpikken; verkiezen; uitzoeken opter — Choisir entre deux ou plusieurs choses qu’on ne peut avoir ensemble, entre deux ou plusieurs partis pour l’un desquels il faut se déterminer.

Verwante vertalingen van elect