Engels

Uitgebreide vertaling voor duplication (Engels) in het Nederlands

duplication:

duplication [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the duplication (doubling; redoubling)
    de verdubbeling

Vertaal Matrix voor duplication:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verdubbeling doubling; duplication; redoubling
- duplicate; gemination

Verwante woorden van "duplication":


Synoniemen voor "duplication":


Verwante definities voor "duplication":

  1. the act of copying or making a duplicate (or duplicates) of something1
    • this kind of duplication is wasteful1
  2. a copy that corresponds to an original exactly1

duplicate:

duplicate [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the duplicate
    het tweevoud
    • tweevoud [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. the duplicate (copy; replica)
    de kopie; het duplicaat
    • kopie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • duplicaat [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. the duplicate (transcription; copy; replica)
    de transcriptie; de kopie; het afschrift
  4. the duplicate (copy)
    copie
    • copie [znw.] zelfstandig naamwoord
  5. the duplicate (photocopy; copy; Xerox; replica)
    de kopie; de fotokopie
    • kopie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • fotokopie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

to duplicate werkwoord (duplicates, duplicated, duplicating)

  1. to duplicate (double)
    reproduceren; verdubbelen; vermenigvuldigen
    • reproduceren werkwoord (reproduceer, reproduceert, reproduceerde, reproduceerden, gereproduceerd)
    • verdubbelen werkwoord (verdubbel, verdubbelt, verdubbelde, verdubbelden, verdubbeld)
    • vermenigvuldigen werkwoord (vermenigvuldig, vermenigvuldigt, vermenigvuldigde, vermenigvuldigden, vermenigvuldigd)
  2. to duplicate (multiply)
    vermenigvuldigen; verveelvoudigen
    • vermenigvuldigen werkwoord (vermenigvuldig, vermenigvuldigt, vermenigvuldigde, vermenigvuldigden, vermenigvuldigd)
    • verveelvoudigen werkwoord (verveelvoudig, verveelvoudigt, verveelvoudigde, verveelvoudigden, verveelvoudigd)
  3. to duplicate (multiply)
  4. to duplicate (stencil; multiply)
    stencilen; kopiëren
    • stencilen werkwoord (stencil, stencilt, stencilde, stencilden, gestencild)
    • kopiëren werkwoord (kopiëer, kopiëert, kopiëerde, kopiëerden, gekopiëerd)
  5. to duplicate
    stencilen
    • stencilen werkwoord (stencil, stencilt, stencilde, stencilden, gestencild)

Conjugations for duplicate:

present
  1. duplicate
  2. duplicate
  3. duplicates
  4. duplicate
  5. duplicate
  6. duplicate
simple past
  1. duplicated
  2. duplicated
  3. duplicated
  4. duplicated
  5. duplicated
  6. duplicated
present perfect
  1. have duplicated
  2. have duplicated
  3. has duplicated
  4. have duplicated
  5. have duplicated
  6. have duplicated
past continuous
  1. was duplicating
  2. were duplicating
  3. was duplicating
  4. were duplicating
  5. were duplicating
  6. were duplicating
future
  1. shall duplicate
  2. will duplicate
  3. will duplicate
  4. shall duplicate
  5. will duplicate
  6. will duplicate
continuous present
  1. am duplicating
  2. are duplicating
  3. is duplicating
  4. are duplicating
  5. are duplicating
  6. are duplicating
subjunctive
  1. be duplicated
  2. be duplicated
  3. be duplicated
  4. be duplicated
  5. be duplicated
  6. be duplicated
diverse
  1. duplicate!
  2. let's duplicate!
  3. duplicated
  4. duplicating
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor duplicate:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afschrift copy; duplicate; replica; transcription transcript
copie copy; duplicate
duplicaat copy; duplicate; replica
fotokopie Xerox; copy; duplicate; photocopy; replica
kopie Xerox; copy; duplicate; photocopy; replica; transcription image
kopiëren copying
transcriptie copy; duplicate; replica; transcription transliteration
tweevoud duplicate
verdubbelen double
- duplication; extra
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dupliceren duplicate; multiply ghost
kopiëren duplicate; multiply; stencil copy; counterfeit; crib; falsify; forge; imitate; make a copy; make a copy of; take off
multipliceren duplicate; multiply
reproduceren double; duplicate copy; photocopy; reproduce; xerox
stencilen duplicate; multiply; stencil
verdubbelen double; duplicate
vermenigvuldigen double; duplicate; multiply multiply; reproduce
verveelvoudigen duplicate; multiply
- double; parallel; reduplicate; repeat; replicate; twin
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- matching; twin; twinned
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- copy; double; doublet

Verwante woorden van "duplicate":


Synoniemen voor "duplicate":


Verwante definities voor "duplicate":

  1. being two identical1
  2. identically copied from an original1
    • a duplicate key1
  3. a copy that corresponds to an original exactly1
    • he made a duplicate for the files1
  4. something additional of the same kind1
  5. increase twofold1
  6. make or do or perform again1
  7. make a duplicate or duplicates of1
    • Could you please duplicate this letter for me?1
  8. duplicate or match1
  9. To make a copy of.2
  10. Something that exists twice.2

Wiktionary: duplicate

duplicate
verb
  1. to make a copy of
duplicate
noun
  1. een identiek tweede exemplaar van iets

Cross Translation:
FromToVia
duplicate dubbeling doublon — (1) Élément redondant dans un ensemble
duplicate groeien; aangroeien; stijgen; toenemen; nasynchroniseren; verdubbelen redoubler — Traductions à trier suivant le sens

Computer vertaling door derden: