Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. donor:


Engels

Uitgebreide vertaling voor donor (Engels) in het Nederlands

donor:

donor [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the donor (contributor; benefactor; supporter; do-gooder; patron)
    de begunstiger; de donateur; de schenker
  2. the donor
    de donor
    • donor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor donor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
begunstiger benefactor; contributor; do-gooder; donor; patron; supporter
donateur benefactor; contributor; do-gooder; donor; patron; supporter
donor donor
schenker benefactor; contributor; do-gooder; donor; patron; supporter
- bestower; conferrer; giver; presenter

Verwante woorden van "donor":

  • donors

Synoniemen voor "donor":


Verwante definities voor "donor":

  1. person who makes a gift of property1
  2. (medicine) someone who gives blood or tissue or an organ to be used in another person (the host)1

Verwante vertalingen van donor