Doctor in het Nederlands vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

doctor:
- arts; dokter; medicus; geneesheer; Dr; doctor; gepromoveerde; mijnheer de dokter; vrouwelijke heelkundige; chirurge
Wiktionary:
- doctor → dokteren, valsificeren
- doctor → doctor, arts, dokter, geneesheer
- doctor → arts, dokter, geneesheer, medicus, doktores, doctor

Engels

Uitgebreide vertaling voor doctor (Engels) in het Nederlands

doctor:

doctor [the ~] zelfstandig naamwoord

the doctor (physician; medical practitioner; medical man)
de arts; de dokter; de medicus; de geneesheer
- arts [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- dokter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- medicus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- geneesheer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the doctor (Ph.D.; D.Phil.)
Dr; de doctor
- Dr [znw.] zelfstandig naamwoord
- doctor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the doctor
de gepromoveerde
- gepromoveerde [de ~] zelfstandig naamwoord
the doctor
mijnheer de dokter
- mijnheer de dokter [znw.] zelfstandig naamwoord
the doctor
de dokter
- dokter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the doctor (surgeon)
vrouwelijke heelkundige; chirurge
- vrouwelijke heelkundige [znw.] zelfstandig naamwoord
- chirurge [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor doctor:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Dr	D.Phil.; Ph.D.; doctor
arts	doctor; medical man; medical practitioner; physician
chirurge	doctor; surgeon
doctor	D.Phil.; Ph.D.; doctor
dokter	doctor; medical man; medical practitioner; physician
geneesheer	doctor; medical man; medical practitioner; physician
gepromoveerde	doctor
medicus	doctor; medical man; medical practitioner; physician
mijnheer de dokter	doctor
vrouwelijke heelkundige	doctor; surgeon
-	Dr.; MD; doc; medico; physician
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	bushel; doctor up; fix; furbish up; mend; repair; restore; sophisticate; touch on
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	doctor up

Verwante woorden van "doctor":

doctors

Synoniemen voor "doctor":

doc; physician; MD; Dr.; medico; medical practitioner; medical man
Doctor of the Church; Doctor; theologian; theologist; theologizer; theologiser
play; child's play
scholar; scholarly person; bookman; student
sophisticate; doctor up; adulterate; stretch; dilute; debase
treat; care for
repair; mend; fix; bushel; furbish up; restore; touch on; better; improve; amend; ameliorate; meliorate

Antoniemen van "doctor":

break

Verwante definities voor "doctor":

children take the roles of physician or patient or nurse and pretend they are at the physician's office¹
- the children explored each other's bodies by playing the game of doctor¹
a licensed medical practitioner¹
- I felt so bad I went to see my doctor¹
a person who holds Ph.D. degree (or the equivalent) from an academic institution¹
- she is a doctor of philosophy in physics¹
give medical treatment to¹
restore by replacing a part or putting together what is torn or broken¹
alter and make impure, as with the intention to deceive¹

Wiktionary: doctor

doctor

verb

alter or make obscure, in order to deceive
- doctor → dokteren; valsificeren

noun

person who has attained a doctorate
- doctor → doctor
physician
- doctor → arts; dokter

doctor

noun

een mannelijke geneeskundige die bevoegd is een praktijk uit te oefenen
- arts → doctor
beroep|nld (medisch, nld) arts; dokter
- geneesheer → doctor

Cross Translation:

From	To	Via
• doctor	→ arts; dokter; geneesheer; medicus	↔ Arzt — Heilkundiger, der ein Medizinstudium abgeschlossen hat und nach Erlangung der medizinischen Approbation körperliche und seelische Krankheiten behandelt
• doctor	→ arts; doktores	↔ Ärztin — Heilkundige, die ein Medizinstudium abgeschlossen hat und nach Erlangung der medizinischen Approbation körperliche und seelische Krankheiten behandelt
• doctor	→ arts; dokter; geneesheer; medicus; doctor	↔ docteur — À trier
• doctor	→ arts; dokter; geneesheer; medicus	↔ médecin — Personne soignant les maladies

Verwante vertalingen van doctor

Remove Ads

Vertaal doctor van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor doctor (Engels) in het Nederlands

doctor:

doctor [the ~] zelfstandig naamwoord

the doctor (physician; medical practitioner; medical man)

the doctor (Ph.D.; D.Phil.)

the doctor

the doctor

the doctor

the doctor (surgeon)

Vertaal Matrix voor doctor:

Verwante woorden van "doctor":

Synoniemen voor "doctor":

Antoniemen van "doctor":

Verwante definities voor "doctor":

Wiktionary: doctor

Verwante vertalingen van doctor