Disturbance in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

disturbance:
- verstoring; stoornis; opstand; rel; opstootje; oproer; vuistgevecht; volksoproer; burenoverlast; burengerucht; rustverstoring; ordeverstoring; onlust
Wiktionary:
- disturbance → verstoring, storing, agitatie

Engels

Uitgebreide vertaling voor disturbance (Engels) in het Nederlands

the disturbance (disorder; interference)
de verstoring; de stoornis
- verstoring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- stoornis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the disturbance (revolt; riot; pandemonium; rebellion; commotion; fisticuffs)

– a noisy fight ¹
de opstand; de rel; het opstootje; het oproer; het vuistgevecht; het volksoproer
- opstand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- rel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- opstootje [het ~] zelfstandig naamwoord
- oproer [het ~] zelfstandig naamwoord
- vuistgevecht [het ~] zelfstandig naamwoord
- volksoproer [het ~] zelfstandig naamwoord
the disturbance
de burenoverlast; het burengerucht
- burenoverlast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- burengerucht [het ~] zelfstandig naamwoord
the disturbance
het burengerucht; de rustverstoring
- burengerucht [het ~] zelfstandig naamwoord
- rustverstoring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the disturbance (interference; disorder; trouble)
het opstootje; de ordeverstoring; de rel
- opstootje [het ~] zelfstandig naamwoord
- ordeverstoring [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- rel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the disturbance (riot; commotion)
de onlust
- onlust [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
burengerucht	disturbance
burenoverlast	disturbance
onlust	commotion; disturbance; riot
oproer	commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot
opstand	commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot	rebellion; resistance; revolt; riot
opstootje	commotion; disorder; disturbance; fisticuffs; interference; pandemonium; rebellion; revolt; riot; trouble
ordeverstoring	disorder; disturbance; interference; trouble
rel	commotion; disorder; disturbance; fisticuffs; interference; pandemonium; rebellion; revolt; riot; trouble
rustverstoring	disturbance
stoornis	disorder; disturbance; interference	ailment; complaint; disease; disorder; trouble
verstoring	disorder; disturbance; interference
volksoproer	commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot
vuistgevecht	commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot	boxing contest; boxing match; price fight
-	affray; commotion; disruption; flutter; folie; fray; hoo-ha; hoo-hah; hurly burly; interference; kerfuffle; mental disorder; mental disturbance; noise; perturbation; psychological disorder; ruffle; to-do; upset

the act of disturbing something or someone; setting something in motion¹
a noisy fight¹
activity that is a malfunction, intrusion, or interruption¹
- he looked around for the source of the disturbance¹
- there was a disturbance of neural function¹
electrical or acoustic activity that can disturb communication¹
a disorderly outburst or tumult¹
- they were amazed by the furious disturbance they had caused¹
(psychiatry) a psychological disorder of thought or emotion; a more neutral term than mental illness¹
an unhappy and worried mental state¹
- there was too much anger and disturbance¹

disturbance

noun

disturbance

noun

opwinding
- agitatie → agitation; commotion; disturbance; excitement; flutter; turmoil
een hinderlijke onderbreking, een bepaald proces wordt onderbroken of bemoeilijkt
- storing → interference; disturbance
onderbreking van het gewone of gewenste beloop
- verstoring → disturbance; disruption

Computer vertaling door derden: