Engels

Uitgebreide vertaling voor detained (Engels) in het Nederlands

detained:

detained bijvoeglijk naamwoord

  1. detained (captured; imprisoned; locked up; )
    gevangen; opgesloten; gevangen genomen; geïnterneerd; vastgezet

Vertaal Matrix voor detained:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gevangen arrested; captive; captured; detained; imprisoned; locked in; locked up; penned up
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gevangen genomen arrested; captive; captured; detained; imprisoned; locked in; locked up; penned up
geïnterneerd arrested; captive; captured; detained; imprisoned; locked in; locked up; penned up
opgesloten arrested; captive; captured; detained; imprisoned; locked in; locked up; penned up
vastgezet arrested; captive; captured; detained; imprisoned; locked in; locked up; penned up

Verwante woorden van "detained":


detained vorm van detain:

to detain werkwoord (detains, detained, detaining)

  1. to detain
    opsluiten; isoleren; interneren; gevangen zetten
    • opsluiten werkwoord (sluit op, sloot op, sloten op, opgesloten)
    • isoleren werkwoord (isoleer, isoleert, isoleerde, isoleerden, geïsoleerd)
    • interneren werkwoord (interneer, interneert, interneerde, interneerden, geïnterneerd)
    • gevangen zetten werkwoord (zet gevangen, zette gevangen, zetten gevangen, gevangen gezet)
  2. to detain
    vasthouden; gevangenhouden; detineren; in hechtenis houden
  3. to detain (arrest; apprehend; pick up; )
    aanhouden; arresteren; gevangennemen; oppakken; inrekenen
    • aanhouden werkwoord (houd aan, houdt aan, hield aan, hielden aan, aangehouden)
    • arresteren werkwoord (arresteer, arresteert, arresteerde, arresteerden, gearresteerd)
    • gevangennemen werkwoord
    • oppakken werkwoord (pak op, pakt op, pakte op, pakten op, opgepakt)
    • inrekenen werkwoord (reken in, rekent in, rekende in, rekenden in, ingerekend)
  4. to detain (put in gaol; hold; lock up)
    opsluiten; vastzetten; in de cel zetten
  5. to detain (hold captive)
    gevangen houden
    • gevangen houden werkwoord (houd gevangen, houdt gevangen, hield gevangen, hielden gevangen, gevangen gehouden)

Conjugations for detain:

present
  1. detain
  2. detain
  3. detains
  4. detain
  5. detain
  6. detain
simple past
  1. detained
  2. detained
  3. detained
  4. detained
  5. detained
  6. detained
present perfect
  1. have detained
  2. have detained
  3. has detained
  4. have detained
  5. have detained
  6. have detained
past continuous
  1. was detaining
  2. were detaining
  3. was detaining
  4. were detaining
  5. were detaining
  6. were detaining
future
  1. shall detain
  2. will detain
  3. will detain
  4. shall detain
  5. will detain
  6. will detain
continuous present
  1. am detaining
  2. are detaining
  3. is detaining
  4. are detaining
  5. are detaining
  6. are detaining
subjunctive
  1. be detained
  2. be detained
  3. be detained
  4. be detained
  5. be detained
  6. be detained
diverse
  1. detain!
  2. let's detain!
  3. detained
  4. detaining
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor detain:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanhouden keeping up; persistence; pertinacity; tenacity
arresteren arrest; grab; taking
gevangen zetten captivity; confinement; imprisonment; restraint
vasthouden holding; preserving
vastzetten fastening; fixing; securing
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanhouden apprehend; arrest; detain; hold; imprison; pick up; seize arrest; capture; carry on; continue; drag on; get on; go on; go through with it; hold on; insist; keep on; keep up; let last; move on; persist; press; proceed; pursue the subject; take in custody; take prisoner; urge
arresteren apprehend; arrest; detain; hold; imprison; pick up; seize arrest; capture; take in custody; take prisoner
detineren detain
gevangen houden detain; hold captive
gevangen zetten detain
gevangenhouden detain
gevangennemen apprehend; arrest; detain; hold; imprison; pick up; seize arrest; capture; take in custody; take prisoner
in de cel zetten detain; hold; lock up; put in gaol
in hechtenis houden detain
inrekenen apprehend; arrest; detain; hold; imprison; pick up; seize arrest; capture; take in custody; take prisoner
interneren detain
isoleren detain dissociate from; isolate; make cold-resistant; place apart; seclude; separate; set apart
oppakken apprehend; arrest; detain; hold; imprison; pick up; seize arrest; capture; collect; gather; glean; pick up; take in custody; take prisoner
opsluiten detain; hold; lock up; put in gaol corner; fasten; lock up; put behind bars
vasthouden detain clamp; don't let go of; gag; hold; keep; oppress; retain
vastzetten detain; hold; lock up; put in gaol affix; attach; attach to; connect; corner; fasten; lock up; pay into a savings account; secure; tie up
- confine; delay; hold up; stay

Verwante woorden van "detain":


Synoniemen voor "detain":


Antoniemen van "detain":


Verwante definities voor "detain":

  1. cause to be slowed down or delayed1
  2. stop or halt1
  3. deprive of freedom; take into confinement1

Wiktionary: detain

detain
verb
  1. put under custody
detain
verb
  1. iemand van staatswege gevangen houden