Engels

Uitgebreide vertaling voor deposit (Engels) in het Nederlands

deposit:

to deposit werkwoord (deposits, deposited, depositing)

  1. to deposit (remit)
    storten; deponeren
    • storten werkwoord (stort, stortte, stortten, gestort)
    • deponeren werkwoord (deponeer, deponeert, deponeerde, deponeerden, gedeponeerd)
  2. to deposit (lay; place; laydown; )
    leggen; plaatsen; zetten; deponeren; neerleggen; stationeren; neerzetten
    • leggen werkwoord (leg, legt, legde, legden, gelegd)
    • plaatsen werkwoord (plaats, plaatst, plaatste, plaatsten, geplaatst)
    • zetten werkwoord (zet, zette, zetten, gezet)
    • deponeren werkwoord (deponeer, deponeert, deponeerde, deponeerden, gedeponeerd)
    • neerleggen werkwoord (leg neer, legt neer, legde neer, legden neer, neergelegd)
    • stationeren werkwoord (stationeer, stationeert, stationeerde, stationeerden, gestationeerd)
    • neerzetten werkwoord (zet neer, zette neer, zetten neer, neergezet)
  3. to deposit (placing)
    deponeren; neerleggen
    • deponeren werkwoord (deponeer, deponeert, deponeerde, deponeerden, gedeponeerd)
    • neerleggen werkwoord (leg neer, legt neer, legde neer, legden neer, neergelegd)
  4. to deposit (remit; transfer; send)
    geld overmaken; overschrijven; overboeken; overzenden
    • geld overmaken werkwoord
    • overschrijven werkwoord (overschrijf, overschrijft, overschreef, overschreven, overschreven)
    • overboeken werkwoord (overboek, overboekt, overboekte, overboekten, overboekt)
    • overzenden werkwoord (zend over, zendt over, zond over, zonden over, overgezonden)
  5. to deposit (deposit into account)
    op rekening storten; bijstorten
  6. to deposit (make a down payment; pay down)
    aanbetalen
    • aanbetalen werkwoord (betaal aan, betaalt aan, betaalde aan, betaalden aan, aanbetaald)
  7. to deposit
    in bewaring geven
    • in bewaring geven werkwoord (geef in bewaring, geeft in bewaring, gaf in bewaring, gaven in bewaring, in bewaring gegeven)
  8. to deposit
    – To add money to an account. 1
    storten
    • storten werkwoord (stort, stortte, stortten, gestort)

Conjugations for deposit:

present
  1. deposit
  2. deposit
  3. deposits
  4. deposit
  5. deposit
  6. deposit
simple past
  1. deposited
  2. deposited
  3. deposited
  4. deposited
  5. deposited
  6. deposited
present perfect
  1. have deposited
  2. have deposited
  3. has deposited
  4. have deposited
  5. have deposited
  6. have deposited
past continuous
  1. was depositing
  2. were depositing
  3. was depositing
  4. were depositing
  5. were depositing
  6. were depositing
future
  1. shall deposit
  2. will deposit
  3. will deposit
  4. shall deposit
  5. will deposit
  6. will deposit
continuous present
  1. am depositing
  2. are depositing
  3. is depositing
  4. are depositing
  5. are depositing
  6. are depositing
subjunctive
  1. be deposited
  2. be deposited
  3. be deposited
  4. be deposited
  5. be deposited
  6. be deposited
diverse
  1. deposit!
  2. let's deposit!
  3. deposited
  4. depositing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

deposit [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the deposit
    het statiegeld
  2. the deposit
    de storting
    • storting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. the deposit
    de deposito
  4. the deposit (down payment)
    de aanbetaling
  5. the deposit (investment)
    de investering; de belegging; de geldbelegging
  6. the deposit (glue; adhesive; patina)
    de lijm; de kleefstof; de kit; de plak; het plaksel
    • lijm [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kleefstof [de ~] zelfstandig naamwoord
    • kit [de ~] zelfstandig naamwoord
    • plak [de ~] zelfstandig naamwoord
    • plaksel [het ~] zelfstandig naamwoord
  7. the deposit (sediment; rest; sludge; )
    het residu; het sediment; de depot; afzetsel; het bezinksel; de droesem; het zetsel; het grondsop
    • residu [het ~] zelfstandig naamwoord
    • sediment [het ~] zelfstandig naamwoord
    • depot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • afzetsel [znw.] zelfstandig naamwoord
    • bezinksel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • droesem [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • zetsel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • grondsop [het ~] zelfstandig naamwoord
  8. the deposit (minimum deposit)
    de inleg; minimum inleg
  9. the deposit (dregs; residue; sediment; lees)
    de grondsoppen; de droesem; de drab
    • grondsoppen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • droesem [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • drab [de ~] zelfstandig naamwoord
  10. the deposit
    – Funds added to an account. 1

Vertaal Matrix voor deposit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanbetalen down payment
aanbetaling deposit; down payment
afzetsel deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit
belegging deposit; investment
bezinksel deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit dregs; lees; muck; sediment; sludge
deposito deposit
depot deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit depot; shed; store; storehouse; warehouse
drab deposit; dregs; lees; residue; sediment carelessness; coffee grounds; dirt; dirty; dirtyness; dregs; filth; filthy; inaccuracy; lees; muck; obscenity; sediment; sloppiness; slovenliness; sludge; smut
droesem deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residue; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit dregs; lees; muck; sediment; sludge
geldbelegging deposit; investment
grondsop deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit dregs; lees; muck; sediment; sludge
grondsoppen deposit; dregs; lees; residue; sediment dregs; lees
in bewaring geven deposit at; entrust to; leave with; lodge with
inleg deposit; minimum deposit inlay
investering deposit; investment invested capital; investment
kit adhesive; deposit; glue; patina coal-scuttle; jug
kleefstof adhesive; deposit; glue; patina
leggen laying work aside; laying work down
lijm adhesive; deposit; glue; patina
minimum inleg deposit; minimum deposit
neerleggen putting down; shooting down; shooting to death
neerzetten putting down
overschrijven copying; cribbing
plak adhesive; deposit; glue; patina bar; bar of chocolate; medal; medal of honour; slice; tablet
plaksel adhesive; deposit; glue; patina
residu deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit residue
sediment deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit
statiegeld deposit
storten downpour; heavy shower; pouring rain
storting deposit
zetsel deposit; dregs; last bit; lees; remnant; residuum; rest; sediment; sludge; the last bit dregs; lees; muck; sediment; sludge
zetten composing; composing work; mounting; placing; printing work; setting; type setting
- alluviation; bank deposit; depositary; deposition; depository; down payment; repository; sediment; sedimentation
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanbetalen deposit; make a down payment; pay down
bijstorten deposit; deposit into account
deponeren deposit; lay; laydown; place; placing; put down; remit; set; set down; situate; station lay; lay up; place; put; put down; put up; secure; stock; store
geld overmaken deposit; remit; send; transfer
in bewaring geven deposit
leggen deposit; lay; laydown; place; put down; set; set down; situate; station lay; place; put; put down
neerleggen deposit; lay; laydown; place; placing; put down; set; set down; situate; station bring down; lay; place; put; put down; take down
neerzetten deposit; lay; laydown; place; put down; set; set down; situate; station add; locate; place; put; put down; situate
op rekening storten deposit; deposit into account
overboeken deposit; remit; send; transfer
overschrijven deposit; remit; send; transfer copy; crib; override; overtype; overwrite
overzenden deposit; remit; send; transfer beam
plaatsen deposit; lay; laydown; place; put down; set; set down; situate; station accomodate someone; add; allocate; assemble; board; construct; fit; instal; install; lay; locate; lodge; offer someone lodges; place; position; post; put; put down; set; set up; shelter; situate; station
stationeren deposit; lay; laydown; place; put down; set; set down; situate; station station
storten deposit; remit
zetten deposit; lay; laydown; place; put down; set; set down; situate; station add; lay; locate; place; position; put; put down; situate
- bank; fix; lodge; posit; situate; stick; wedge
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
deposito deposit
kit kit; kit item

Verwante woorden van "deposit":

  • redeposit, depositing, deposited, deposits

Synoniemen voor "deposit":


Antoniemen van "deposit":


Verwante definities voor "deposit":

  1. the act of putting something somewhere2
  2. a facility where things can be deposited for storage or safekeeping2
  3. a payment given as a guarantee that an obligation will be met2
  4. matter that has been deposited by some natural process2
  5. the phenomenon of sediment or gravel accumulating2
  6. money given as security for an article acquired for temporary use2
    • his deposit was refunded when he returned the car2
  7. a partial payment made at the time of purchase; the balance to be paid later2
  8. money deposited in a bank or some similar institution2
  9. the natural process of laying down a deposit of something2
  10. put, fix, force, or implant2
  11. put (something somewhere) firmly2
    • deposit the suitcase on the bench2
  12. put into a bank account2
    • She deposits her paycheck every month2
  13. Funds added to an account.1
  14. To add money to an account.1

Wiktionary: deposit

deposit
verb
  1. to lay down
  2. to entrust one's assets to the care of another
noun
  1. security for a borrowed item
  2. money given as an initial payment
  3. money placed in an account
  4. asset that was left to the care of the other
  5. sediment or rock different from the surrounding material
deposit
verb
  1. bezinken
  2. weggooien
noun
  1. bezinksel
  2. het storten van geld op een bankrekening

Cross Translation:
FromToVia
deposit sedimentatie Sedimentierung — Sedimentierung ist das Ablagern/Absetzen von Teilchen aus Flüssigkeiten oder Gasen unter dem Einfluss der Schwerkraft und anderen Kräften, wie zum Beispiel der Fliehkraft in einer Zentrifuge.
deposit deponeren deponieren — an einen sicheren Ort zur Aufbewahrung geben (meist Wertvolles)
deposit aanbetaling AnzahlungZahlung des ersten Teiles eines Gesamtbetrages
deposit telegraferen; verzenden; afgeven; deponeren; in bewaring geven; inleggen déposer — Traductions à trier suivant le sens
deposit laag; pak; bedding; couchette; kooi; leger; ligplaats gisement — marine|fr situation des côtes de la mer.

Verwante vertalingen van deposit