Engels
Uitgebreide vertaling voor cooked (Engels) in het Nederlands
cooked:
-
cooked (boiled)
-
cooked (evident; obvious; clarifying; as clear as plain day-light; distinct; transparent; clear-cut; clear; flagrant; manifest; clear as daylight; luminous; as plain as day; bright; done)
zo klaar als een klontje; duidelijk; flagrant; overduidelijk; zonneklaar-
zo klaar als een klontje bijvoeglijk naamwoord
-
duidelijk bijvoeglijk naamwoord
-
flagrant bijvoeglijk naamwoord
-
overduidelijk bijvoeglijk naamwoord
-
zonneklaar bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor cooked:
Verwante woorden van "cooked":
Synoniemen voor "cooked":
Antoniemen van "cooked":
Verwante definities voor "cooked":
cook:
-
to cook (prepare a meal; do the cooking)
-
to cook (prepare; brew; make ready)
-
to cook (boil with rage; seethe; anneal; start boiling; reach the boiling point)
-
to cook
Conjugations for cook:
present
- cook
- cook
- cooks
- cook
- cook
- cook
simple past
- cooked
- cooked
- cooked
- cooked
- cooked
- cooked
present perfect
- have cooked
- have cooked
- has cooked
- have cooked
- have cooked
- have cooked
past continuous
- was cooking
- were cooking
- was cooking
- were cooking
- were cooking
- were cooking
future
- shall cook
- will cook
- will cook
- shall cook
- will cook
- will cook
continuous present
- am cooking
- are cooking
- is cooking
- are cooking
- are cooking
- are cooking
subjunctive
- be cooked
- be cooked
- be cooked
- be cooked
- be cooked
- be cooked
diverse
- cook!
- let's cook!
- cooked
- cooking
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor cook:
Verwante woorden van "cook":
Synoniemen voor "cook":
Verwante definities voor "cook":
Wiktionary: cook
cook
Cross Translation:
verb
noun
cook
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• cook | → koken | ↔ kochen — Lebensmittel unter Einwirkung von Hitze zu einer Mahlzeit zubereiten |
• cook | → koken | ↔ cuire — préparer les aliments par le moyen du feu, de la chaleur, pour les rendre propres à être manger. devenir propre à être mangé ou propre à tel ou tel usage par le moyen du feu, de la chaleur. |
• cook | → koken | ↔ cuisiner — Préparer à manger |
• cook | → kok | ↔ cuisinier — Celui qui prépare la nourriture |