Cleanup in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

clean up:
- opruimen; schoonmaken; reinigen; uitmesten; uitruimen; saneren; schoon maken; opschonen; stalmesten
clean-up:
- schoonmaak; reinigen; schoonmaken; reiniging; zuivering; kuising; opruiming; schoonmaakbeurt
Clean Up:
- Opschonen
Wiktionary:
- clean up → opruimen

Engels

Uitgebreide vertaling voor cleanup (Engels) in het Nederlands

cleanup:

Vertaal Matrix voor cleanup:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	cleaning; cleansing; cleanup position; cleanup spot; killing

Synoniemen voor "cleanup":

killing; net income; net; net profit; lucre; profit; profits; earnings
cleanup position; cleanup spot; position
cleaning; cleansing; improvement

Verwante definities voor "cleanup":

the act of making something clean¹
(baseball) the fourth position in the batting order (usually filled by the best batter on the team)¹
a very large profit¹

clean up:

to clean up werkwoord (cleans up, cleaned up, cleaning up)

to clean up (clean out; tidy up; clear out; tidy out; empty; clear; finish)
opruimen; schoonmaken; reinigen; uitmesten; uitruimen
- opruimen werkwoord (ruim op, ruimt op, ruimde op, ruimden op, opgeruimd)
- schoonmaken werkwoord (maak schoon, maakt schoon, maakte schoon, maakten schoon, schoongemaakt)
- reinigen werkwoord (reinig, reinigt, reinigde, reinigden, gereinigd)
- uitmesten werkwoord (mest uit, mestte uit, mestten uit, uitgemest)
- uitruimen werkwoord (ruim uit, ruimt uit, ruimde uit, ruimden uit, uitgeruimd)
to clean up (redevelop; restore; reorganize; reorganise)
saneren
- saneren werkwoord (saneer, saneert, saneerde, saneerden, gesaneerd)
to clean up
schoon maken
- schoon maken werkwoord (maak schoon, maakt schoon, maakte schoon, maakten schoon, schoon gemaakt)
to clean up
opschonen
- opschonen werkwoord
to clean up (muck out; tidy up; clean out)
stalmesten
- stalmesten werkwoord

Conjugations for clean up:

present

clean up
clean up
cleans up
clean up
clean up
clean up

simple past

cleaned up
cleaned up
cleaned up
cleaned up
cleaned up
cleaned up

present perfect

have cleaned up
have cleaned up
has cleaned up
have cleaned up
have cleaned up
have cleaned up

past continuous

was cleaning up
were cleaning up
was cleaning up
were cleaning up
were cleaning up
were cleaning up

future

shall clean up
will clean up
will clean up
shall clean up
will clean up
will clean up

continuous present

am cleaning up
are cleaning up
is cleaning up
are cleaning up
are cleaning up
are cleaning up

subjunctive

be cleaned up
be cleaned up
be cleaned up
be cleaned up
be cleaned up
be cleaned up

diverse

clean up!
let's clean up!
cleaned up
cleaning up

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor clean up:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
reinigen		clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing; washing down
saneren		curing; healing; reorganisation; reorganization
schoonmaken		clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing; washing down
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
opruimen	clean out; clean up; clear; clear out; empty; finish; tidy out; tidy up	clean; clear; clear away; clear the table; empty the table; put away; tidy up
opschonen	clean up	groom; sweep
reinigen	clean out; clean up; clear; clear out; empty; finish; tidy out; tidy up	chasten; clean; clear; ennoble; give a good cleaning; purify; refine; remove; wash
saneren	clean up; redevelop; reorganise; reorganize; restore
schoon maken	clean up
schoonmaken	clean out; clean up; clear; clear out; empty; finish; tidy out; tidy up	clean; clear; give a good cleaning; remove; wash
stalmesten	clean out; clean up; muck out; tidy up
uitmesten	clean out; clean up; clear; clear out; empty; finish; tidy out; tidy up
uitruimen	clean out; clean up; clear; clear out; empty; finish; tidy out; tidy up
-	neaten; square away; straighten; straighten out; tidy; tidy up
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
opruimen		Sweep

Synoniemen voor "clean up":

tidy; tidy up; neaten; straighten; straighten out; square away; order
profit; turn a profit
settle
groom; neaten

Verwante definities voor "clean up":

make oneself clean, presentable or neat¹
put (things or places) in order¹
dispose of¹
make a big profit; often in a short period of time¹

Wiktionary: clean up

Cross Translation:

From	To	Via
• clean up	→ opruimen	↔ aufräumen — Ordnung schaffen

clean-up:

clean-up [the ~] zelfstandig naamwoord

the clean-up (cleaning; purification; cleansing; service; washing down)
de schoonmaak; reinigen; het schoonmaken; de reiniging; de zuivering; kuising; de opruiming
- schoonmaak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- reinigen [znw.] zelfstandig naamwoord
- schoonmaken [het ~] zelfstandig naamwoord
- reiniging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- zuivering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- kuising [znw.] zelfstandig naamwoord
- opruiming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the clean-up
de schoonmaakbeurt
- schoonmaakbeurt [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor clean-up:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kuising	clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing down	cleaning; cleansing; purification; washing
opruiming	clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing down	clearance sale; end-of-season sales; sale; sales
reinigen	clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing down	cleaning; cleansing; purification; washing
reiniging	clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing down	cleaning; cleansing; purification; washing
schoonmaak	clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing down	cleaning; cleansing; purification; washing
schoonmaakbeurt	clean-up
schoonmaken	clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing down	cleaning; cleansing; purification; washing
zuivering	clean-up; cleaning; cleansing; purification; service; washing down	cleaning; cleansing; decontamination; purification; washing
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
reinigen		chasten; clean; clean out; clean up; clear; clear out; empty; ennoble; finish; give a good cleaning; purify; refine; remove; tidy out; tidy up; wash
schoonmaken		clean; clean out; clean up; clear; clear out; empty; finish; give a good cleaning; remove; tidy out; tidy up; wash

Clean Up:

Clean Up [the ~] zelfstandig naamwoord

the Clean Up

– An action that removes redundant messages from an e-mail conversation to reduce information overload and improve readability. ²
Opschonen
- Opschonen werkwoord

Vertaal Matrix voor Clean Up:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Opschonen	Clean Up

Verwante definities voor "Clean Up":

An action that removes redundant messages from an e-mail conversation to reduce information overload and improve readability.²

Remove Ads

Vertaal cleanup van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor cleanup (Engels) in het Nederlands

cleanup:

Vertaal Matrix voor cleanup:

Synoniemen voor "cleanup":

Verwante definities voor "cleanup":

clean up:

to clean up werkwoord (cleans up, cleaned up, cleaning up)

to clean up (clean out; tidy up; clear out; tidy out; empty; clear; finish)

to clean up (redevelop; restore; reorganize; reorganise)

to clean up

to clean up

to clean up (muck out; tidy up; clean out)

Conjugations for clean up:

present

simple past

present perfect

past continuous

future

continuous present

subjunctive

diverse

Vertaal Matrix voor clean up:

Synoniemen voor "clean up":

Verwante definities voor "clean up":

Wiktionary: clean up

clean-up:

clean-up [the ~] zelfstandig naamwoord

the clean-up (cleaning; purification; cleansing; service; washing down)

the clean-up

Vertaal Matrix voor clean-up:

Clean Up:

Clean Up [the ~] zelfstandig naamwoord

the Clean Up

Vertaal Matrix voor Clean Up:

Verwante definities voor "Clean Up":