Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. clappers:
  2. clapper:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor clappers (Engels) in het Nederlands

clappers:

clappers [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the clappers (clacks; flaps; dampers)
    de kleppen
    • kleppen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor clappers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kleppen clacks; clappers; dampers; flaps
- bones; castanets; finger cymbals
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kleppen clack; clapper; clatter

Verwante woorden van "clappers":


Synoniemen voor "clappers":


Verwante definities voor "clappers":

  1. a percussion instrument consisting of a pair of hollow pieces of wood or bone (usually held between the thumb and fingers) that are made to click together (as by Spanish dancers) in rhythm with the dance1

clappers vorm van clapper:

clapper [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the clapper (tongue)
    de klepel; kleppel
    • klepel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • kleppel [znw.] zelfstandig naamwoord
  2. the clapper (coconut)
    de kokosnoot; de klappernoot
  3. the clapper (rattle; cracker; clatter; tattler; clacker)
    de klepper
    • klepper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. the clapper (applauder)
    de klapper; applaudisseur

to clapper werkwoord (clappers, clappered, clappering)

  1. to clapper (clack)
    klapperen
    • klapperen werkwoord (klapper, klappert, klapperde, klapperden, geklapperd)
  2. to clapper (clack; clatter)
    klakken; kleppen
    • klakken werkwoord (klak, klakt, klakte, klakten, geklakt)
    • kleppen werkwoord (klep, klept, klepte, klepten, geklept)

Conjugations for clapper:

present
  1. clapper
  2. clapper
  3. clappers
  4. clapper
  5. clapper
  6. clapper
simple past
  1. clappered
  2. clappered
  3. clappered
  4. clappered
  5. clappered
  6. clappered
present perfect
  1. have clappered
  2. have clappered
  3. has clappered
  4. have clappered
  5. have clappered
  6. have clappered
past continuous
  1. was clappering
  2. were clappering
  3. was clappering
  4. were clappering
  5. were clappering
  6. were clappering
future
  1. shall clapper
  2. will clapper
  3. will clapper
  4. shall clapper
  5. will clapper
  6. will clapper
continuous present
  1. am clappering
  2. are clappering
  3. is clappering
  4. are clappering
  5. are clappering
  6. are clappering
subjunctive
  1. be clappered
  2. be clappered
  3. be clappered
  4. be clappered
  5. be clappered
  6. be clappered
diverse
  1. clapper!
  2. let's clapper!
  3. clappered
  4. clappering
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor clapper:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
applaudisseur applauder; clapper
klapper applauder; clapper cracker; file; fire-cracker; godsend; hit; index; phone index; pleasant surprise; register; smash; smash hit; smasher; squib; stroke of unexpected luck; windfall; winner
klappernoot clapper; coconut
klepel clapper; tongue
kleppel clapper; tongue
kleppen clacks; clappers; dampers; flaps
klepper clacker; clapper; clatter; cracker; rattle; tattler
kokosnoot clapper; coconut
- applauder; glossa; lingua; tongue
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
klakken clack; clapper; clatter
klapperen clack; clapper
kleppen clack; clapper; clatter
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- tongue

Verwante woorden van "clapper":


Synoniemen voor "clapper":


Verwante definities voor "clapper":

  1. metal striker that hangs inside a bell and makes a sound by hitting the side1
  2. a mobile mass of muscular tissue covered with mucous membrane and located in the oral cavity1
  3. someone who applauds1

Wiktionary: clapper

clapper
noun
  1. peervormige staaf in een klok