Engels
Uitgebreide vertaling voor churchgoing (Engels) in het Nederlands
churchgoing:
-
churchgoing
kerksgezind; kerkelijk; kerks-
kerksgezind bijvoeglijk naamwoord
-
kerkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
kerks bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor churchgoing:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
kerkelijk | churchgoing | God-fearing; devout; pious; religious; spiritual |
kerks | churchgoing | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
kerks | orthodox; strict | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
kerksgezind | churchgoing |
Synoniemen voor "churchgoing":
Verwante definities voor "churchgoing":
Computer vertaling door derden: