Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. churchgoing:


Engels

Uitgebreide vertaling voor churchgoing (Engels) in het Nederlands

churchgoing:

churchgoing bijvoeglijk naamwoord

  1. churchgoing
    kerksgezind; kerkelijk; kerks

Vertaal Matrix voor churchgoing:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kerkelijk churchgoing God-fearing; devout; pious; religious; spiritual
kerks churchgoing
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
kerks orthodox; strict
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kerksgezind churchgoing

Synoniemen voor "churchgoing":


Verwante definities voor "churchgoing":

  1. actively practicing a religion1

Computer vertaling door derden: