Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. charisma:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor charisma (Engels) in het Nederlands

charisma:

charisma [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the charisma (personal magnetism; personal appeal)
    – a personal attractiveness or interestingness that enables you to influence others 1
    het charisma; de uitstraling

Vertaal Matrix voor charisma:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
charisma charisma; personal appeal; personal magnetism
uitstraling charisma; personal appeal; personal magnetism radiation
- personal appeal; personal magnetism

Synoniemen voor "charisma":


Verwante definities voor "charisma":

  1. a personal attractiveness or interestingness that enables you to influence others1

Wiktionary: charisma

charisma
noun
  1. uitstraling

Cross Translation:
FromToVia
charisma charisma CharismaReligion, Christentum: die Gabe, Offenbarungen, Inspirationen und Erleuchtungen empfangen zu können
charisma charisma Charismaohne Plural: Ausstrahlung einer Person
charisma charisma CharismaSoziologie: Kurzform für charismatische Herrschaft