Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. canopy:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor canopy (Engels) in het Nederlands

canopy:

canopy [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the canopy (cover up roof; gauntlet; cowl; cowling; top)
    de huif
    • huif [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the canopy (baldachin)
    de baldakijn; de troonhemel

Vertaal Matrix voor canopy:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baldakijn baldachin; canopy
huif canopy; cover up roof; cowl; cowling; gauntlet; top
troonhemel baldachin; canopy
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- baldachin

Verwante woorden van "canopy":

  • canopies

Synoniemen voor "canopy":


Verwante definities voor "canopy":

  1. a covering (usually of cloth) that serves as a roof to shelter an area from the weather1
  2. the umbrellalike part of a parachute that fills with air1
  3. the transparent covering of an aircraft cockpit1
  4. cover with a canopy1

Wiktionary: canopy

canopy
noun
  1. stoffen overdekking als ornament, meestal boven een troon of altaar
  2. draagbaar baldakijn o.a. ter beschutting van waardigheidsbekleders

Cross Translation:
FromToVia
canopy afdak; luifel auvent — Petit toit en saillie, aménagé ordinairement au-dessus des boutiques, pour garantir de la pluie.
canopy baldakijn; draaghemel; hemel; troonhemel baldaquin — (architecture) ouvrage fait en forme de dais et qui sert de couronnement à un trône, à un autel.
canopy luifel; luif marquise — Abri vitré protégeant une entrée.

Verwante vertalingen van canopy