Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- cache:
-
Wiktionary:
- cache → behouden, bergen, bewaren, conserveren, onderhouden, overhouden, dragen, schoren, steunen, ondersteunen, ruggesteunen, schragen, handhaven, doorgaan, verder gaan met, vervolgen, voortgaan, voortzetten, reserve, voorbehoud, provisie, voorziening, magazijn, provisiekamer, voorraadkamer, provisiekast, voorraad, restrictie, bergplaats, bergruimte, bewaarplaats, opslag, opslagplaats
Engels
Uitgebreide vertaling voor cache (Engels) in het Nederlands
cache:
-
cache
-
the cache
– A special memory subsystem in which frequently used data values are duplicated for quick access. 1 -
the cache
– Generally, a file used to store information temporarily. Windows Disk Protection utilizes a cache file to store changes made to system and profile files during user sessions. This cache file is emptied of contents at intervals, depending on how Windows Disk Protection is configured. 1
-
cache
– To store frequently used data values in a special memory subsystem for quick access. 1opslaan in cache-
opslaan in cache werkwoord
-
Vertaal Matrix voor cache:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bewaarplaats | custody; depository; keeping; preservation | |
cache | cache | |
- | hoard; memory cache; stash | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
opslaan in cache | cache | |
- | hive up; hoard; lay away; squirrel away; stash | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
opslaan in cache | caching | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bewaarplaats | cache |
Synoniemen voor "cache":
Verwante definities voor "cache":
Wiktionary: cache
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• cache | → behouden; bergen; bewaren; conserveren; onderhouden; overhouden | ↔ conserver — maintenir en bon état, apporter le soin nécessaire pour empêcher qu’une chose ne se gâter, ne dépérir. |
• cache | → dragen; schoren; steunen; ondersteunen; ruggesteunen; schragen; behouden; bergen; bewaren; conserveren; handhaven; onderhouden; overhouden; doorgaan; verder gaan met; vervolgen; voortgaan; voortzetten | ↔ maintenir — tenir ferme et fixe. |
• cache | → reserve; voorbehoud; provisie; voorziening; magazijn; provisiekamer; voorraadkamer; provisiekast; voorraad; restrictie; bergplaats; bergruimte; bewaarplaats; opslag; opslagplaats | ↔ réserve — action de réserver. |