Bumper in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

bumper:
- stoot; zet; por; duwtje; duw; stootje; stootblok; stootkussen
Wiktionary:
- bumper → groot, vol, immens
- bumper → stootrand, stootblok, stootkussen, botser, boord, kant, jingle, aankondigingsjingle, bumper
- bumper → deurklopper, bumper

Engels

Uitgebreide vertaling voor bumper (Engels) in het Nederlands

the bumper (nudge; push; shove; thrust; bump; punch; blow; jab; buffer)
de stoot; de zet; de por; het duwtje; de duw; het stootje
- stoot [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- zet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- por [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- duwtje [het ~] zelfstandig naamwoord
- duw [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- stootje [het ~] zelfstandig naamwoord
the bumper (buffer)
het stootblok; het stootkussen
- stootblok [het ~] zelfstandig naamwoord
- stootkussen [het ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
duw	blow; buffer; bump; bumper; jab; nudge; punch; push; shove; thrust
duwtje	blow; buffer; bump; bumper; jab; nudge; punch; push; shove; thrust
por	blow; buffer; bump; bumper; jab; nudge; punch; push; shove; thrust
stoot	blow; buffer; bump; bumper; jab; nudge; punch; push; shove; thrust	blow; clout; jab; nudge; punch; shake; slap; smack; wallop; whopper
stootblok	buffer; bumper
stootje	blow; buffer; bump; bumper; jab; nudge; punch; push; shove; thrust
stootkussen	buffer; bumper
zet	blow; buffer; bump; bumper; jab; nudge; punch; push; shove; thrust	chess move; move; move at chess
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	fender

a mechanical device consisting of bars at either end of a vehicle to absorb shock and prevent serious damage¹
a glass filled to the brim (especially as a toast)¹
- we quaffed a bumper of ale¹

bumper

adjective

noun

mechanical device to absorb impact
- bumper → stootrand; stootblok; stootkussen
someone or something that bumps
- bumper → botser
side wall of a pool table
- bumper → boord; kant
short ditty or jingle used to separate a show from the advertisements
- bumper → jingle; aankondigingsjingle
impact absorber in an automobile
- bumper → bumper

bumper

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• bumper	→ deurklopper	↔ heurtoir — marteau attaché, attenant à une porte et dont on se sert pour la frapper.
• bumper	→ bumper	↔ pare-chocs — élément de carrosserie permettant d’atténuer les chocs.