Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. blubber:


Engels

Uitgebreide vertaling voor blubber (Engels) in het Nederlands

blubber:

to blubber werkwoord (blubbers, blubbered, blubbering)

  1. to blubber (whimper; cry; whine; )
    huilen; snotteren; snikken; grienen; janken
    • huilen werkwoord (huil, huilt, huilde, huilden, gehuild)
    • snotteren werkwoord (snotter, snottert, snotterde, snotterden, gesnotterd)
    • snikken werkwoord (snik, snikt, snikte, snikten, gesnikt)
    • grienen werkwoord (grien, grient, griende, grienden, gegriend)
    • janken werkwoord (jank, jankt, jankte, jankten, gejankt)
  2. to blubber (weep; cry; wail; sob; whimper)
    huilen; wenen; janken
    • huilen werkwoord (huil, huilt, huilde, huilden, gehuild)
    • wenen werkwoord (ween, weent, weende, weenden, geweend)
    • janken werkwoord (jank, jankt, jankte, jankten, gejankt)

Conjugations for blubber:

present
  1. blubber
  2. blubber
  3. blubbers
  4. blubber
  5. blubber
  6. blubber
simple past
  1. blubbered
  2. blubbered
  3. blubbered
  4. blubbered
  5. blubbered
  6. blubbered
present perfect
  1. have blubbered
  2. have blubbered
  3. has blubbered
  4. have blubbered
  5. have blubbered
  6. have blubbered
past continuous
  1. was blubbering
  2. were blubbering
  3. was blubbering
  4. were blubbering
  5. were blubbering
  6. were blubbering
future
  1. shall blubber
  2. will blubber
  3. will blubber
  4. shall blubber
  5. will blubber
  6. will blubber
continuous present
  1. am blubbering
  2. are blubbering
  3. is blubbering
  4. are blubbering
  5. are blubbering
  6. are blubbering
subjunctive
  1. be blubbered
  2. be blubbered
  3. be blubbered
  4. be blubbered
  5. be blubbered
  6. be blubbered
diverse
  1. blubber!
  2. let's blubber!
  3. blubbered
  4. blubbering
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

blubber [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the blubber
    walvisspek

Vertaal Matrix voor blubber:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
walvisspek blubber
- avoirdupois; fat; fatness
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grienen blubber; cry; sniff; sniffle; snivel; whimper; whine
huilen blubber; cry; sniff; sniffle; snivel; sob; wail; weep; whimper; whine cry; groan; let on; moan; shout; shriek; squeal; tear; tell tales; water; weep
janken blubber; cry; sniff; sniffle; snivel; sob; wail; weep; whimper; whine cry; gasp; howl; let on; shout; shriek; sob; squeal; tell tales; whine; yell
snikken blubber; cry; sniff; sniffle; snivel; whimper; whine gasp; sob
snotteren blubber; cry; sniff; sniffle; snivel; whimper; whine snivel
wenen blubber; cry; sob; wail; weep; whimper
- blub; blubber out; sniffle; snivel; snuffle

Verwante woorden van "blubber":

  • blubbering, blubbers

Synoniemen voor "blubber":


Antoniemen van "blubber":


Verwante definities voor "blubber":

  1. excess bodily weight1
  2. an insulating layer of fat under the skin of whales and other large marine mammals; used as a source of oil1
  3. cry or whine with snuffling1
  4. utter while crying1

Verwante vertalingen van blubber