Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- wasted:
- waste:
-
Wiktionary:
- waste → woestenij, verkwisting, verspilling, wegkwijning, verval, afval, rommel, vuil
- waste → woest, braakliggend, overtollig
- waste → verwoesten, verspillen, verkwisten, vermorsen, verdoen, verklungelen, koud maken, wegkwijnen, verzwakken
- waste → uitschot, tanen, opmaken, verdoen, verklungelen, verkwisten, vermorsen, verspillen, uiteendrijven, uiteenjagen, verspreiden, verstrooien, afval, vuilnis, prullaria, puin, rommel, rommelzooi, vuil, afval, huisvuil
Engels
Uitgebreide vertaling voor be wasted (Engels) in het Nederlands
wasted:
-
wasted (sick as a dog; nauseous)
beroerd; doodmisselijk; doodziek; kotsmisselijk-
beroerd bijvoeglijk naamwoord
-
doodmisselijk bijvoeglijk naamwoord
-
doodziek bijvoeglijk naamwoord
-
kotsmisselijk bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor wasted:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
beroerd | nauseous; sick as a dog; wasted | awful; miserable; naseaus; rotten; wretched |
doodziek | nauseous; sick as a dog; wasted | mortally ill |
kotsmisselijk | nauseous; sick as a dog; wasted | |
- | atrophied; bony; cadaverous; diminished; emaciated; gaunt; haggard; otiose; pinched; pointless; purposeless; senseless; skeletal; squandered; superfluous | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | thrown away; worn and haggard | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
doodmisselijk | nauseous; sick as a dog; wasted |
Verwante woorden van "wasted":
Synoniemen voor "wasted":
Antoniemen van "wasted":
Verwante definities voor "wasted":
be wasted vorm van waste:
-
the waste (rubbish; refuse; litter)
-
the waste (squandering; wastage)
-
the waste (coal-dust; slack)
het kolengruis -
the waste
Conjugations for waste:
present
- waste
- waste
- wastes
- waste
- waste
- waste
simple past
- wasted
- wasted
- wasted
- wasted
- wasted
- wasted
present perfect
- have wasted
- have wasted
- has wasted
- have wasted
- have wasted
- have wasted
past continuous
- was wasting
- were wasting
- was wasting
- were wasting
- were wasting
- were wasting
future
- shall waste
- will waste
- will waste
- shall waste
- will waste
- will waste
continuous present
- am ting
- are ting
- is ting
- are ting
- are ting
- are ting
subjunctive
- be wasted
- be wasted
- be wasted
- be wasted
- be wasted
- be wasted
diverse
- waste!
- let's waste!
- wasted
- wasting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor waste:
Verwante woorden van "waste":
Synoniemen voor "waste":
Antoniemen van "waste":
Verwante definities voor "waste":
Wiktionary: waste
waste
Cross Translation:
noun
waste
-
desolate place
- waste → woestenij
-
loss, ineffective use
- waste → verkwisting; verspilling
-
decay
- waste → wegkwijning; verval
-
useless products, garbage
-
barren
- waste → woest; braakliggend
-
excess
- waste → overtollig
-
to destroy
- waste → verwoesten
-
to squander
- waste → verspillen; verkwisten; vermorsen; verdoen; verklungelen
-
to kill
- waste → koud maken
-
to weaken
- waste → wegkwijnen; verzwakken
noun
-
onbruikbare resten die weggegooid worden
-
het teloor laten gaan van iets waardevols door nalatigheid
-
iets gebruiken zonder dat je het goed of volledig benut
-
(overgankelijk) door morsen verloren laten gaan
-
door nalatigheid verloren laten gaan
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• waste | → uitschot | ↔ Ausschuss — nur Singular: produzierte Ware, die nicht dem Qualitätsstandard entspricht und daher aus der Produktion entnommen wird |
• waste | → tanen | ↔ schwinden — in bedenklichem Maße abnehmen |
• waste | → opmaken; verdoen; verklungelen; verkwisten; vermorsen; verspillen; uiteendrijven; uiteenjagen; verspreiden; verstrooien | ↔ dissiper — détruire en disperser. |
• waste | → afval; vuilnis; prullaria; puin; rommel; rommelzooi; vuil | ↔ débris — reste d’une chose brisée ou en partie détruire. |
• waste | → afval | ↔ déchets — Pluriel de déchet. |
• waste | → verspillen; verkwisten | ↔ gaspiller — Dépenser, consommer avec prodigalité. (Sens général). |
• waste | → huisvuil | ↔ ordure — déchets |
• waste | → verkwisten; opmaken; verdoen; verklungelen; vermorsen; verspillen | ↔ prodiguer — donner, dépenser avec profusion. |