Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal awake

Vertaal awake van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. awake:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor awake (Engels) in het Nederlands

awake:

to awake werkwoord (awakes, awoke, awaking)

  1. to awake (stimulate; encourage; arouse; )
    aanmoedigen; activeren; opwekken; oppeppen; stimuleren; bezielen
    • aanmoedigen werkwoord (moedig aan, moedigt aan, moedigde aan, moedigden aan, aangemoedigd)
    • activeren werkwoord (activeer, activeert, activeerde, activeerden, geactiveerd)
    • opwekken werkwoord (wek op, wekt op, wekte op, wekten op, opgewekt)
    • oppeppen werkwoord (pep op, pept op, pepte op, pepten op, opgepept)
    • stimuleren werkwoord (stimuleer, stimuleert, stimuleerde, stimuleerden, gestimuleerd)
    • bezielen werkwoord (beziel, bezielt, bezielde, bezielden, bezield)
  2. to awake (revive; generate; activate; )
    opwekken; tot leven wekken; activeren; reanimeren; verlevendigen; opleven
    • opwekken werkwoord (wek op, wekt op, wekte op, wekten op, opgewekt)
    • tot leven wekken werkwoord (wek tot leven, wekt tot leven, wekte tot leven, wekten tot leven, tot leven gewekt)
    • activeren werkwoord (activeer, activeert, activeerde, activeerden, geactiveerd)
    • reanimeren werkwoord
    • verlevendigen werkwoord (verlevendig, verlevendigt, verlevendigde, verlevendigden, verlevendigd)
    • opleven werkwoord (leef op, leeft op, leefde op, leefden op, opgeleefd)

Conjugations for awake:

present
  1. awake
  2. awake
  3. awakes
  4. awake
  5. awake
  6. awake
simple past
  1. awoke
  2. awoke
  3. awoke
  4. awoke
  5. awoke
  6. awoke
present perfect
  1. have awoke
  2. have awoke
  3. has awoke
  4. have awoke
  5. have awoke
  6. have awoke
past continuous
  1. was awaking
  2. were awaking
  3. was awaking
  4. were awaking
  5. were awaking
  6. were awaking
future
  1. shall awake
  2. will awake
  3. will awake
  4. shall awake
  5. will awake
  6. will awake
continuous present
  1. am awaking
  2. are awaking
  3. is awaking
  4. are awaking
  5. are awaking
  6. are awaking
subjunctive
  1. be awoke
  2. be awoke
  3. be awoke
  4. be awoke
  5. be awoke
  6. be awoke
diverse
  1. awake!
  2. let's awake!
  5. awoke
  6. awoken
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor awake:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanmoedigen encouragement; encouraging; impelling; inciting; motivation; stimulation; support; turning on
opwekken arousing; awaking; instigation
stimuleren cultivating; encouragement; encouraging; impelling; improvements; inciting; motivation; stimulation; stimulations; support; turning on
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanmoedigen activate; arouse; awake; encourage; excite; stimulate; support aggravate; cheer on; encourage; encourage someone; fire; foster; incite; inspire; motivate; motivate someone; stimulate; strike into
activeren activate; arouse; awake; encourage; excite; freshen; generate; reactivate; recover; refresh; revive; rouse; stimulate; support activate; trigger
bezielen activate; arouse; awake; encourage; excite; stimulate; support animate; cheer on; encourage; fire; incite; inspire; strike into
opleven activate; awake; excite; freshen; generate; reactivate; recover; refresh; revive; rouse revive
oppeppen activate; arouse; awake; encourage; excite; stimulate; support
opwekken activate; arouse; awake; encourage; excite; freshen; generate; reactivate; recover; refresh; revive; rouse; stimulate; support arouse; drive; excite; prompt; stimulate; stir up; urge
reanimeren activate; awake; excite; freshen; generate; reactivate; recover; refresh; revive; rouse
stimuleren activate; arouse; awake; encourage; excite; stimulate; support activate; aggravate; arouse; drive; encourage; encourage someone; excite; incite; inspire; motivate; motivate someone; prompt; stimulate; stir up; urge
tot leven wekken activate; awake; excite; freshen; generate; reactivate; recover; refresh; revive; rouse
verlevendigen activate; awake; excite; freshen; generate; reactivate; recover; refresh; revive; rouse enliven; freshen; freshen up; refresh; revive; tidy up
- arouse; awaken; come alive; wake; wake up; waken
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- alert; alive

Verwante woorden van "awake":


Synoniemen voor "awake":


Antoniemen van "awake":

  • asleep; fall asleep

Verwante definities voor "awake":

  1. not in a state of sleep; completely conscious1
    • lay awake thinking about his new job1
    • still not fully awake1
  2. mentally perceptive and responsive1
    • awake to the dangers of her situation1
    • was now awake to the reality of his predicament1
  3. stop sleeping1

Wiktionary: awake

awake
verb
  1. to cause someone to stop sleeping
  2. to gain consciousness
adjective
  1. conscious
awake
adjective
  1. niet in slaap, op
Cross Translation:
FromToVia
• awake → wakker maken; wekken; opwekken ↔ réveiller — transitif|fr tirer du sommeil.
• awake → wakker ↔ éveillé — Qui est gai, vif.

Verwante vertalingen van awake







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0459 seconde
Page rendered in 1.0 seconds