Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- ascend:
-
Wiktionary:
- ascending → stijgend, opklimmend
- ascend → opgaan, stijgen
-
Gebruikers suggesties voor ascending:
- stijgende
Engels
Uitgebreide vertaling voor ascending (Engels) in het Nederlands
ascending:
Vertaal Matrix voor ascending:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | ascension; ascent; rise | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | rising; upward |
Verwante woorden van "ascending":
Synoniemen voor "ascending":
Antoniemen van "ascending":
Verwante definities voor "ascending":
ascend:
-
to ascend (climb; go up)
-
to ascend (climb up)
-
to ascend (rise; take off; go up)
opstijgen; in de lucht omhoogstijgen; stijgen; de hoogte ingaan-
in de lucht omhoogstijgen werkwoord
-
de hoogte ingaan werkwoord (ga de hoogte in, gaat de hoogte in, ging de hoogte in, gingen de hoogte in, de hoogte ingegeaan)
-
to ascend (take off; rise; rise to the surface; mount; fly up; increase; bristle; flare up; become higher; climb; go upward; get away; go up; be on the upgrade; start; grow; be off; become larger)
-
to ascend (mount; climb; climb up)
-
to ascend (climb up; climb)
-
to ascend (to get promoted; rise; climb; advance)
hogerop komen; bevorderd worden; zich opwerken-
bevorderd worden werkwoord (word bevorderd, wordt bevorderd, werd bevorderd, werden bevorderd, bevorderd geworden)
-
zich opwerken werkwoord
-
to ascend (climb up; mount)
Conjugations for ascend:
present
- ascend
- ascend
- ascends
- ascend
- ascend
- ascend
simple past
- ascended
- ascended
- ascended
- ascended
- ascended
- ascended
present perfect
- have ascended
- have ascended
- has ascended
- have ascended
- have ascended
- have ascended
past continuous
- was ascending
- were ascending
- was ascending
- were ascending
- were ascending
- were ascending
future
- shall ascend
- will ascend
- will ascend
- shall ascend
- will ascend
- will ascend
continuous present
- am ascending
- are ascending
- is ascending
- are ascending
- are ascending
- are ascending
subjunctive
- be ascended
- be ascended
- be ascended
- be ascended
- be ascended
- be ascended
diverse
- ascend!
- let's ascend!
- ascended
- ascending
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they