Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- array:
-
Wiktionary:
- array → array
- array → stemmen, beschikken over, disponeren, aanrichten, arrangeren, ordenen, regelen, kleden, aankleden, omkleden, staan, lijst, nominatie, voordracht, tafel, tabel, ceel, cedel, rol, accepteren, aannemen, ontvangen, bekleden, overtrekken, aandoen, aantrekken, opleggen, opbrengen, aanbrengen, pleisteren, bepleisteren, stukadoren
Engels
Uitgebreide vertaling voor array (Engels) in het Nederlands
array:
-
the array
– In programming, a list of data values, all of the same type, any element of which can be referenced by an expression consisting of the array name followed by an indexing expression. Arrays are part of the fundamentals of data structures, which, in turn, are a major fundamental of computer programming. 1
Vertaal Matrix voor array:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
matrix | array | matrix; mold |
- | raiment; regalia | |
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | align; lay out; range; set out |
Synoniemen voor "array":
Verwante definities voor "array":
Wiktionary: array
array
Cross Translation:
noun
-
any of various data structures
- array → array
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• array | → stemmen; beschikken over; disponeren; aanrichten; arrangeren; ordenen; regelen | ↔ disposer — arranger, mettre dans l’ordre le plus convenable. |
• array | → kleden; aankleden; omkleden; staan | ↔ habiller — Mettre des habits à quelqu’un… |
• array | → lijst; nominatie; voordracht; tafel; tabel; ceel; cedel; rol | ↔ liste — désuet|fr bande, bordure. |
• array | → accepteren; aannemen; ontvangen; kleden; aankleden; omkleden; staan; bekleden; overtrekken; aandoen; aantrekken; opleggen; opbrengen; aanbrengen; pleisteren; bepleisteren; stukadoren | ↔ revêtir — pourvoir de vêtements quelqu’un qui en a besoin. |
• array | → kleden; aankleden; omkleden; staan | ↔ vêtir — habiller, couvrir d’un vêtement. |