Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. argot:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor argot (Engels) in het Nederlands

argot:

argot [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the argot (spoken language; dialect; slang; accent)
    de streektaal; het dialect; de tongval; het taaltje
    • streektaal [de ~] zelfstandig naamwoord
    • dialect [het ~] zelfstandig naamwoord
    • tongval [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • taaltje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor argot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dialect accent; argot; dialect; slang; spoken language accent; dialect
streektaal accent; argot; dialect; slang; spoken language regional language
taaltje accent; argot; dialect; slang; spoken language accent; dialect
tongval accent; argot; dialect; slang; spoken language accent; dialect
- cant; jargon; lingo; patois; slang; vernacular

Verwante woorden van "argot":

  • argots

Synoniemen voor "argot":


Verwante definities voor "argot":

  1. a characteristic language of a particular group (as among thieves)1

Wiktionary: argot


Cross Translation:
FromToVia
argot bargoens argot — Langage de convention utilisé à l’origine par les voleurs, les malfaiteurs.

Verwante vertalingen van argot