Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal arching

Vertaal arching van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. arch:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor arching (Engels) in het Nederlands

arching:


Vertaal Matrix voor arching:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- arced; arched; arciform; arcuate; bowed
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- vaulting

Verwante woorden van "arching":


Synoniemen voor "arching":


Verwante definities voor "arching":

  1. forming or resembling an arch1

arch:

arch [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the arch (curvature; vaulting; curve; camber)
    de welving; de boog; de uitbouw
    • welving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • boog [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • uitbouw [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the arch (arched vault; vault)
    het booggewelf; het gewelf

to arch werkwoord (arches, arched, arching)

  1. to arch (curve; bow)
    welven; buigen; krommen
    • welven werkwoord (welf, welft, welfde, welfden, gewelfd)
    • buigen werkwoord (buig, buigt, boog, bogen, gebogen)
    • krommen werkwoord (krom, kromt, kromde, kromden, gekromd)
  2. to arch (curve)
    buigen; krommen; krom buigen
    • buigen werkwoord (buig, buigt, boog, bogen, gebogen)
    • krommen werkwoord (krom, kromt, kromde, kromden, gekromd)
    • krom buigen werkwoord (buig krom, buigt krom, boog krom, bogen krom, krom gebogen)

Conjugations for arch:

present
  1. arch
  2. arch
  3. arches
  4. arch
  5. arch
  6. arch
simple past
  1. arched
  2. arched
  3. arched
  4. arched
  5. arched
  6. arched
present perfect
  1. have arched
  2. have arched
  3. has arched
  4. have arched
  5. have arched
  6. have arched
past continuous
  1. was arching
  2. were arching
  3. was arching
  4. were arching
  5. were arching
  6. were arching
future
  1. shall arch
  2. will arch
  3. will arch
  4. shall arch
  5. will arch
  6. will arch
continuous present
  1. am arching
  2. are arching
  3. is arching
  4. are arching
  5. are arching
  6. are arching
subjunctive
  1. be arched
  2. be arched
  3. be arched
  4. be arched
  5. be arched
  6. be arched
diverse
  1. arch!
  2. let's arch!
  5. arched
  6. arching
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

arch bijvoeglijk naamwoord

  1. arch (roguish; mischievous; waggish; rascally)
    olijk; guitig
    • olijk bijvoeglijk naamwoord
    • guitig bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor arch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boog arch; camber; curvature; curve; vaulting bow; cross-bow; crossbow; longbow
booggewelf arch; arched vault; vault
gewelf arch; arched vault; vault archway; basement; ceiling; cellar; cupola; vault
uitbouw arch; camber; curvature; curve; vaulting addition; annex; enlargement; expansion; extension
welving arch; camber; curvature; curve; vaulting
- archway
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buigen arch; bow; curve bend; bow; bow in honour; curtsy; curve
krom buigen arch; curve bend; change; turn back
krommen arch; bow; curve
welven arch; bow; curve
- arc; curve
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
guitig arch; mischievous; rascally; roguish; waggish boy-like; boyish; mischievous; naughty; playful; rascally; waggish
olijk arch; mischievous; rascally; roguish; waggish
- condescending; impish; implike; mischievous; patronising; patronizing; pixilated; prankish; puckish; wicked

Verwante woorden van "arch":


Synoniemen voor "arch":


Verwante definities voor "arch":

  1. naughtily or annoyingly playful1
  2. expert in skulduggery1
    • an arch criminal1
  3. (used of behavior or attitude) characteristic of those who treat others with condescension1
  4. (architecture) a masonry construction (usually curved) for spanning an opening and supporting the weight above it1
  5. a passageway under a curved masonry construction1
    • they built a triumphal arch to memorialize their victory1
  6. a curved bony structure supporting or enclosing organs (especially the inner sides of the feet)1
  7. a curved shape in the vertical plane that spans an opening1
  8. form an arch or curve1
    • her back arches1

Wiktionary: arch

arch
noun
  1. architectural element
  2. inverted U shape







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0363 seconde
Page rendered in 1.0 seconds