Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. apparatus:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor apparatus (Engels) in het Nederlands

apparatus:

apparatus [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the apparatus (machine; device; appliance)
    het apparaat; de toestel
    • apparaat [het ~] zelfstandig naamwoord
    • toestel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor apparatus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
apparaat apparatus; appliance; device; machine device
toestel apparatus; appliance; device; machine
- setup

Verwante woorden van "apparatus":


Synoniemen voor "apparatus":


Verwante definities voor "apparatus":

  1. equipment designed to serve a specific function1
  2. (anatomy) a group of body parts that work together to perform a given function1
    • the breathing apparatus1

Wiktionary: apparatus

apparatus
noun
  1. bureaucratic organization
  2. assortment of tools or instruments
  3. complex machine or instrument
apparatus
noun
  1. een werktuig dat uit meer dan één onderdeel bestaat

Verwante vertalingen van apparatus