Allusion in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

allusion:
- verwijzing; toespeling; insinuatie; aantijging; zijdelingse verdachtmaking
Wiktionary:
- allusion → allusie, toespeling, zinspeling
- allusion → toespeling, zinspeling, allusie

Engels

Uitgebreide vertaling voor allusion (Engels) in het Nederlands

the allusion (reference; innuendo; hint)
de verwijzing; de toespeling
- verwijzing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- toespeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the allusion (insinuation; innuendo; hint; accusation; a charge against)
de insinuatie; de toespeling; de aantijging; zijdelingse verdachtmaking
- insinuatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- toespeling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- aantijging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- zijdelingse verdachtmaking [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aantijging	a charge against; accusation; allusion; hint; innuendo; insinuation	accusation; allegation; imputation; insinuation
insinuatie	a charge against; accusation; allusion; hint; innuendo; insinuation	accusation; allegation; imputation; insinuation
toespeling	a charge against; accusation; allusion; hint; innuendo; insinuation; reference
verwijzing	allusion; hint; innuendo; reference	reference; referral; referral letter
zijdelingse verdachtmaking	a charge against; accusation; allusion; hint; innuendo; insinuation

allusion

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• allusion	→ toespeling; zinspeling	↔ Anspielung — ein beiläufiger, subtiler Verweis
• allusion	→ allusie	↔ allusion — rhéto\|nocat=1 figure de style qui permet d’éveiller l’idée d’une personne ou d’une chose sans en faire expressément mention.